6 - Onderhoud
5. Verwijder de glycerine-manometers en sla deze in verticale stand
vorstvrij op.
6. Smeer alle smeerpunten aan de hand van het smeerschema,
ongeacht de aangegeven tussenpozen.
7. Verwijder als de veldspuit droog is, roest van eventuele krassen of
beschadigingen en werk de verf bij.
8. Breng op alle metalen onderdelen een dun laagje
corrosiewerende olie aan (bijv. SHELL ENSIS FLUID, CASTROL
RUSTILLO of een soortgelijk middel). Voorkom dat olie op de TWIN-
luchtzakken, rubberen delen, slangen en rubberbanden terechtkomt.
9. Klap de spuitboom in tot transportstand.
10. Breng de ParaLift-vergrendeling aan. Zie 'ParaLift-vergrendelingsbeugel' op blz. 70 voor de juiste montagewijze.
11. Maak alle hydraulische functies drukloos.
12. Bewaar alle stekkers en stekkerdozen in een droge plastic zak om ze te beschermen tegen vocht, vuil en corrosie.
13. Verwijder de bedieningseenheden en het computerscherm uit de trekker. Bewaar deze op een schone en droge plaats
(binnen), waar geen sprake is van condens.
14. Veeg de snelkoppelingen van de hydrauliek schoon en plaats de stofkapjes.
15. Breng vet aan op alle hydraulische zuigerstangen die niet volledig zijn ingeschoven, om deze tegen roest te
beschermen.
16. Plaats de wielas op steunen om schade door vocht en vervorming van de rubberbanden te voorkomen. Om het
rubber te beschermen kunt u bandenzwart op de wangen van de banden aanbrengen.
17. Laat eventueel condenswater uit de remluchttank lopen.
18. Dek de veldspuit af met een dekkleed als bescherming tegen stof. Zorg er daarbij wel voor dat er voldoende ventilatie
is, zodat er geen condensatie optreedt.
188