6 - Onderhoud
11. Klap de buitenste sectie van de spuitboom nogmaals uit.
11. Draai de moeren op de dubbele ogen van de hydraulische
cilinders helemaal aan. Gebruik indien nodig een verlengstuk voor
de steeksleutel.
12. Pas de aanslagbouten aan indien nodig en controleer de uitlijning
van de spuitboom.
A. Aanslag (D) moet de stalen binnenste sectie raken.
B. Er moet een afstand van 1 à 2 mm tussen aanslag (C) en de
aluminium buitenste sectie zitten.
13. Sluit de hydrauliekcilinder aan. Draai de bout en de moer goed vast.
14. Houd afstand (E) zo klein mogelijk.
A. Draai de contramoeren los en verdraai de stang met behulp
van een steeksleutel.
B. Draai de stang op het dubbele oog van de hydraulische
cilinders aan.
15. Laat de hydrauliekcilinder onder hydraulische druk maximaal
uitschuiven.
16. Vergroot vervolgens afstand (E) door de stang de andere kant op
te verdraaien, totdat aanslag (D) het binnenste van het stalen
boomgedeelte raakt.
Houd een afstand van 1 à 2 mm tussen aanslag (C) en de aluminium buitenste sectie aan.
17. Blijf de afstand (E) vergroten totdat de aanslag (C) de aluminium buitenste sectie raakt.
Controleer of de hydraulische cilinder volledig uitgeschoven blijft; deze mag tijdens het afstellen van het dubbele oog
van de cilinder niet inschuiven.
18. Draai het stangoog van de hydrauliekcilinder 3 slagen verder.
19. Draai de contramoeren op het stangoog goed aan.
20. De kracht die wordt uitgeoefend door de hydrauliekcilinder kan de oorzaak zijn van een foutieve uitlijning van de
spuitboomhelft.
Indien nodig moeten aanslagen (C) en (D) nogmaals worden afgesteld om ze de tegenoverliggende boomhelft te
laten raken.
21. Met de boomhelft in volledig uitgeklapte toestand moeten de moeren op de aanslagen (C) en (D) en op de dubbele
stangogen goed strak worden aangedraaid.
178