Opruimen van brandbare producten:
Gemorste brandstof en olie, vuil, smeervet, afval,
opgehoopte koolstof en andere brandbare producten
kunnen brand veroorzaken.
Voorkom brand door de machine dagelijks te inspecteren
en schoon te maken en door gemorste of opgehoopte
brandbare producten onmiddellijk te verwijderen.
Controleer en reinig hogetemperatuuronderdelen, zoals
de uitlaat, eerder dan op het normale interval.
Wikkel hogetemperatuuronderdelen, zoals de uitlaat, niet
in olieabsorptiemiddelen.
Bewaar geen met vet bevuilde lappen, deze kunnen vlam
vatten.
Houd brandbare producten uit de buurt van open vuur.
Laat een onder druk staande of afgesloten houder niet
ontbranden of geplet worden.
Op openingen op de motorruimtekappen kunnen zich
roosters bevinden om te voorkomen dat brandbaar
materiaal, zoals dode bladeren, binnendringen.
Brandbaar materiaal dat door het rooster is gegaan kan
brand veroorzaken. Controleer en reinig de machine elke
dag en verwijder onmiddellijk opgehoopt brandbaar
materiaal.
Contactslot controleren:
Als brand uitbreekt en de motor kan niet worden gestopt,
kan de brand escaleren, waardoor het bestrijden van de
brand bemoeilijkt wordt.
Controleer de werking van het contactslot iedere dag
voordat u gaat werken met de machine:
1. Start de motor en laat deze langzaam stationair draaien.
2. Draai het contactslot in de stand OFF (UIT) en controleer
of de motor stopt.
Afwijkingen moeten eerst worden gerepareerd, voordat
de machine weer mag worden gebruikt.
Hitteschermen controleren:
Beschadigde of ontbrekende hitteschermen kunnen brand
laten ontstaan.
Beschadigde of ontbrekende hitteschermen moeten
eerst gerepareerd of teruggeplaatst worden, voordat de
machine weer mag worden gebruikt.
Als hydraulische slangen breuken hebben en de
motorkap is open, kan brand veroorzaakt worden door
olie die spat op hogetemperatuuronderdelen, zoals de
uitlaat. Houd de motorkap altijd gesloten tijdens gebruik
van de machine.
VEILIGHEID
S-31