7. Vervang de O-ring (7) van het element (4) en de
klemplaat (6) door nieuwe exemplaren. Zorg ervoor dat
het element (4) en de O-ring (7) niet beschadigd raken.
Het defecte element (4) kan niet meer worden gebruikt.
8. Controleer de holle en bolle positie van het logo (8) op
het filterelement (4) en het logo (9) op de klemplaat (6).
Plaats het klemplaatsamenstel (6) met het filterelement (4)
zo dat de holte van het logo van het filterelement (4) en de
bolling van het logo van het klemplaatsamenstel (6); de
bolling van het logo van het filterelement (4) en de holte
van het logo van het klemplaatsamenstel (6) in elkaar
grijpen.
ONDERHOUD
7-42
4
8
M1U1-07-065
7
6
M1U1-07-066
9
M1U1-07-067
M1U1-07-068