Handmatige regeneratie uitlaatfilter
Procedure voor handmatige regeneratie
Het rechts afgebeelde scherm (1) verschijnt als handmatige
regeneratie nodig is. U moet een handmatige regeneratie
uitvoeren wanneer dit scherm wordt weergegeven.
Controleer het volgende alvorens de handmatige
regeneratie te starten.
Als de machine voorzien is van een achteruitrijcamera en
de camera is ingeschakeld, dan wordt scherm (1) alleen
weergegeven als de hendel voor de instapbeveiliging in
de stand LOCK (VERGRENDELD) staat. (Zie 1-25)
Er zijn geen personen aanwezig rond de machine.
Houd ontvlambare voorwerpen uit de buurt van de
uitlaat.
Alarm resterende brandstof brandt niet.
1. Parkeer de machine op een veilige locatie. Laat de
frontuitrusting op de grond zakken.
2. Zet de hendel voor de instapbeveiliging in de stand
stand LOCK (VERGRENDELD).
3. Zet de bedieningsknop motortoerental in de stand
langzaam stationair.
4. Druk de schakelaar (2) voor uitlaatfilterregeneratie in.
5. Na het indrukken van de schakelaar (2) voor
uitlaatfilterregeneratie verschijnt het rechts afgebeelde
scherm (3) en start de handmatige regeneratie.
De balk op het scherm geeft de voortgang van het
regeneratieproces aan.
d
VOORZICHTIG: De regeneratie start niet als de
hendel voor de instapbeveiliging in de stand LOCK
(VERGRENDELD) staat en als de bedieningsknop
motortoerental in de stand langzaam stationair
staat. Als u tijdens de regeneratie de hendel
voor de instapbeveiliging of de bedieningsknop
motortoerental aanraakt, wordt het regeneratieproces
afgebroken. Start het proces opnieuw als het is
afgebroken.
DE MACHINE BEDIENEN
5-12
1
MDAA-01-005NL
2
MDAA-01-330
2
MDAA-05-002
3
MDAA-01-006NL