Regeling motortoerental
Verhoog en verlaag het motortoerental met behulp van de
bedieningsknop motortoerental (1) op het schakelpaneel,
zie de afbeelding.
Draai de bedieningsknop van de motor (1) rechtsom om
het motortoerental te verhogen. Draai de bedieningsknop
motortoerental (1) linksom om het motortoerental te
verlagen.
Merk op dat de functie auto-stationair gedeactiveerd wordt
als de bedieningsknop van de motor (1) bediend wordt
terwijl de motor draait in de instelling auto-stationair.
Draai - voordat u de motor stopt - de bedieningsknop van
de motor (1) altijd linksom tot aan de aanslag (instelling
langzaam stationair toerental). Laat de motor vijf minuten
draaien om af te koelen. Draai het contactslot vervolgens
in de stand OFF (UIT) om de motor uit te zetten.
f
OPMERKING: Meteen nadat de motor start, wordt het
motortoerental motor gedurende ongeveer 3 tot 6 seconden
op een langzaam, stationair toerental gehouden. Als de
temperatuur van het koelmiddel of de hydraulische olie laag
is, zal het langere tijd duren. Zelfs als de bedieningsknop
motortoerental (1) niet in de positie van langzaam stationair
is ingesteld, wordt het motortoerental op een langzaam,
stationair toerental gehouden.
f
OPMERKING: Zelfs als de bedieningsknop motortoerental
op de langzame stationaire positie is ingesteld, werkt
het opwarmingssysteem automatisch na een langzaam
stationair toerental te behouden en zal het motortoerental
tijdelijk toenemen.
d
WAARSCHUWING: Probeer na het starten van de
motor, de machine gedurende zes seconden niet
in werking te stellen na een langzame, stationaire
periode kan het motortoerental veranderen en kan
de bedrijfssnelheid van de werkinrichting plotseling
toenemen, wat een ernstig ongeluk kan veroorzaken.
DE MACHINE BEDIENEN
5-6
Laag stationair
toerental
1
MDAA-01-040
Hoo g stationair
toerental
1
M1U1-01-033