6.
Sluit de zeewaterkraan voor de zeewaterinlaat . Draai de hendel in de richting van het pijltje.
a
Traditioneel manoeuvreren met stuur en stuwkracht
Manoeuvreren met uw Zeus-boot gaat voor een groot deel net als bij een traditionele boot met binnenboordmotor. Het
verschil is dat het Zeus-aandrijfsysteem de manoeuvreermogelijkheden van uw boot bij zowel lage als planeersnelheden
vergroot. Bij lage snelheden kan het aandrijfsysteem de stuwkracht sturen, waardoor de boot directer reageert op draaien.
Het Zeus-aandrijfsysteem is uitgerust met schroeven die in tegenovergestelde richting draaien en bij versnellen of
vertragen geen zijwaartse beweging veroorzaken.
NB: Wanneer u bij lage snelheid het stuurwiel draait, kan de binnenaandrijving wel 42° draaien. Dit maakt zeer scherpe
bochten mogelijk. Anders dan bij traditionele boten kunt u de bocht scherper maken door meer gas te geven aan de
binnenaandrijving.
De boot vooruit manoeuvreren
Zet een of beide motoren in de vooruitversnelling en stuur met het stuurwiel zoals u dat in elke andere vergelijkbare boot
zou doen.
De boot bij lage snelheden in scherpe bochten sturen
1.
Draai het stuurwiel in de richting van de bocht om de boot bij lage snelheid in een scherpe bocht te sturen.
2.
Wanneer het stuurwiel volledig gedraaid is, kunt u de bocht nog scherper maken door meer gas te geven aan de
binnenaandrijving.
De boot bij lage snelheden om zijn as laten draaien
1.
Zet het stuurwiel in de middenstand.
2.
Laat de boot rechtsom draaien door de stuurboordmotor in achteruit te zetten en de bakboordmotor in vooruit.
3.
Laat de boot linksom draaien door de bakboordmotor in achteruit te zetten en de stuurboordmotor in vooruit.
4.
U kunt de draaisnelheid verhogen door tegelijkertijd beide ERC-hendels te verstellen op meer gas.
Manoeuvreren met de joystick
De joystick is een besturingsinterface met enkele hendel voor het manoeuvreren met de boot. Het besturen van de boot via
de joystick is handig voor manoeuvres in nauwe ruimten en bij het afmeren. Via de joystick regelt het besturingssysteem de
hoek en stuwkracht van elke pod afzonderlijk om de boot in een bepaalde richting te verplaatsen of draaien. Als u
bijvoorbeeld de joystick naar opzij beweegt, zorgt het besturingssysteem dat de boot zijwaarts beweegt.
Met de joystick kan beweging langs drie assen worden geregeld: vooruit/achteruit, bakboord/stuurboord, en rotatie, of elke
willekeurige combinatie hiervan. Als u de joystick bijvoorbeeld naar bakboord verplaatst, beweegt ook de boot zijwaarts
naar bakboord. Door de joystick te draaien, draait de boot om zijn middelpunt. U kunt de joystick tegelijkertijd bewegen en
draaien. Hierdoor kunt u in nauwe ruimtes heel ingewikkelde manoeuvres uitvoeren.
Het besturingssysteem probeert tijdens het gebruik van de joystick automatisch de uitslag (het gieren) van boeg en spiegel
te verminderen. Een sensor aan boord meet de gierwaarde van de boot en levert dan actieve tegenbeweging tegen deze
gierbeweging van de boot. Factoren als wind, de gesteldheid van het water en de belasting van de boot kunnen soms meer
invloed op de boot uitoefenen dan het systeem voor gieren kan compenseren. Handmatige correctie van gieren kan nodig
zijn als u de boot naar voren of achteren, bak- of stuurboord of diagonale richtingen stuurt. Om te compenseren voor
onbedoeld gieren tijdens manoeuvres, draait u de joystick in de richting waarin u de boeg wilt laten draaien.
De volgende tabel geeft een beperkt aantal voorbeelden van de belangrijkste reacties van de boot op bewegingen van de
joystick. De joystick werkt evenredig, dat betekent dat hoe verder u de joystick uit het midden beweegt, hoe meer
stuwkracht er in die richting wordt geleverd.
Met de joystick de boot manoeuvreren:
1.
Beweeg beide hendels van de elektronische afstandsbediening (ERC) naar de neutrale stand.
2.
Beweeg de joystick in de richting waarin u de boot wilt bewegen, of draai de joystick in de richting waarin u de boot wilt
draaien. De joystick kan tegelijkertijd worden bewogen en gedraaid.
90-8M0088589
OKTOBER 2013
nld
b
Standaard waterinlaatkraan—bakboordrichting (ge‐
lijk voor stuurboord)
a -
zeewaterkraan voor zeewaterinlaat
b -
vorige stand (open)
c -
hendel in gesloten stand
c
41196
Hoofdstuk 3 - Op het water
Bladzijde 41