Download Print deze pagina

Sturen Met Elektronisch Roer - Mercury Zeus 3000 Handleiding

Pod drive-modellen

Advertenties

Hoofdstuk 2 - Vertrouwd raken met uw motorinstallatie
3.
Druk als de motoren draaien kort op de stop/start-schakelaar of op de groene "SMARTSTART" (stop/start) schakelaar
voor elke motor die u wilt afzetten.
a
4.
Draai de contactsleutel naar de "OFF"-stand (uit) voor elke motor die gestopt is.
5.
Sluit de zeewaterretourkraan, indien aanwezig. Draai de hendel in de richting van het pijltje.
a
6.
Sluit de zeewaterkraan voor de zeewaterinlaat . Draai de hendel in de richting van het pijltje.
a

Sturen met elektronisch roer

De besturing met het elektronisch roer werkt via elektronische signalen. Een door een computer aangestuurde elektrische
motor die is aangesloten op het stuurwiel, simuleert de weerstandsfeedback van hydraulische stuursystemen.
Vaar voorzichtig totdat u de kans hebt om de besturingskenmerken van het systeem in een open gebied zonder
hindernissen en ander bootverkeer uit te proberen, en totdat u vertrouwd bent met de reacties van de boot. De
elektronische besturing kan zorgen voor een snellere stuurreactie dan verwacht.
Om uw besturingsbereik van aanslag tot aanslag te controleren moet de contactsleutel aan stuurboord AAN staan. De
motoren hoeven niet te draaien. Draai het stuurwiel naar stuurboord, totdat het stopt bij de stuurboordaanslag of het
eindpunt. Het eindpunt wordt elektronisch ingesteld door de elektromotor die bevestigd is aan het stuurwiel. Draai het
stuurwiel naar bakboord en tel het aantal omwentelingen totdat het stuurwiel bij de bakboordaanslag stopt. Het aantal
omwentelingen dat u telt, beweegt de aandrijvingen vanuit de maximale stuurboordhoek naar de maximale bakboordhoek,
waarbij het midden (rechtuitpositie) 0° is. De maximale stuurhoeken worden geregeld in de booteigenschappen, deze zijn
ontwikkeld door de fabrikant van de motor en de bootbouwer.
In bepaalde omstandigheden worden de elektronische eindpunten van het wiel niet waargenomen. De afwezigheid van
waarneembare eindpunten is niet van invloed op de besturing. De aandrijvingen stoppen niet, wanneer ze de volledige
draaipositie bij elke vergrendeling hebben bereikt. De afwezigheid van eindpunten kan het gevolg zijn van een
contactsleutel aan stuurboord die op UIT staat, een lage accuspanning aan stuurboord of een storing in de stuurwielmotor.
De booteigenschappen, zoals ontwikkeld door de bootbouwer in samenwerking met de motorfabrikant, zijn bepalend voor
het aantal omwentelingen van aanslag tot aanslag. Normaal maakt het stuurwiel ca. 2-3/4 omwenteling. Het is mogelijk dat
de oorspronkelijke fabrikant per model boot verschillende instellingen hanteert.
Bladzijde 20
a -
"E-STOP" noodstopschakelaar – uitsluitend voor noodgevallen
b
b -
"START-/STOP"-schakelaar
50531
Voor de duidelijkheid afgebeeld met aandrijvingsdeksel verwijderd
a -
zeewaterretourkraan, indien aanwezig
b -
hendel in gesloten stand
b
41199
b
c
41196
Standaard waterinlaatkraan—bakboordrichting (ge‐
lijk voor stuurboord)
a -
zeewaterkraan voor zeewaterinlaat
b -
vorige stand (open)
c -
hendel in gesloten stand
90-8M0088589
OKTOBER 2013
nld

Advertenties

loading