<Onderwerp>
<Bericht>
<Antwoord aan>
<Geen>
<Opgeven uit adresboek>
<TX terminal-ID>
Informatie zoals de datum en de tijd van verzending en het e-mailadres van het apparaat (informatie van de
verzender) kunnen als kopregel aan verzonden documenten worden toegevoegd. Deze informatie vertelt de
ontvanger wanneer de I-Fax is verzonden en wie de afzender is.
<TX terminal-ID toevoegen>
<Uit>
<Aan>
<Afdrukpositie>
<Binnen beeldvlak>
<Buiten beeldvlak>
<Menu>
<Functie-instellingen>
faxinstellingen>
toevoegen>
<Toepassen>
<Bestandsinstellingen>
Verander de standaard instellingen voor het opslaan van originelen in een gedeelde map of op een FTP-server.
<Standaardinstellingen wijzigen (Bestand)>
U kunt de instellingen voor het opslaan van originelen in een gedeelde map of op een FTP-server wijzigen en
registreren. De geselecteerde instellingen worden als standaardinstellingen gebruikt bij het scannen.
standaard instellingen voor functies wijzigen(P. 177)
<Scanformaat>
<A4>
<A5R>
<B5>
<LGL>
<LTR>
<STMT>
<EXEC>
<FOOLSCAP/FOLIO>
<OFICIO>
<LETTER (Government)>
<LEGAL (Government)>
<LEGAL (India)>
<FOOLSCAP (Australië)>
<OFICIO (Brazilië)>
<OFICIO (Mexico)>
Overzicht van menuopties
<Verzenden>
<TX terminal-ID>
Selecteer <Aan> in <TX terminal-ID
<Afdrukpositie>
Selecteer <Binnen beeldvlak> of <Buiten beeldvlak>
549
<Verzend- en scaninstellingen>
<I-
De