Configuratie-instellingen voor communicatie met een
computer
Specificeer het protocol en de poort als u het apparaat via het netwerk vanaf een computer gebruikt. Ga het apparaat
pas configureren voor afdrukken of faxen vanaf een computer nadat u de basisinstelprocedures hebt uitgevoerd. Voor
meer informatie raadpleegt u de handleidingen voor de relevante stuurprogramma´s op de website voor de
handleidingen.
Afdrukprotocollen en WSD-functies configureren(P. 42)
Printerpoorten configureren(P. 45)
Een printserver instellen(P. 49)
●
De hier uitgelegde protocollen zijn regels die moeten worden gevolgd voor het uitwisselen van
documentgegevens tussen een computer en het apparaat. U kunt een protocol selecteren op basis van het
doel van de bedoelde taken of de netwerkomgeving.
●
Poorten zijn gateways om data uit te wisselen tussen netwerkapparaten. Als er een communicatiefout
optreedt in de netwerkverbinding, wordt dit vaak veroorzaakt door onjuiste poortinstellingen.
Instellen
41
1SFY-00S