ONDERHOUDSPROCEDURES
WAARSCHUWING
Zet altijd een veiligheidsbril op
wanneer u met perslucht werkt.
Draai de bougies los en verwijder ze.
vmo2008-011-083_a
1. Bougies
Installatie van bougies
Controleer voor de installatie of de con-
tactoppervlakken van de cilinderkop en
bougies niet vuil zijn.
Stel de bougiespleet met behulp van
een voelermaat in op 0,7 tot 0,8 mm.
Breng warmtegeleidende pasta P12
(Stuknr. 420 897 186) aan op de bou-
gieschroefdraad tegen het vastvreten
en om de warmteoverdracht tussen
bougies en cilinderkop te bevorderen.
Schroef de bougies in de cilinderkop
met de hand of met een passende mo-
mentsleutel.
Draai de bougies aan tot 19 N•m.
Batterij
WAARSCHUWING
Laad nooit een accu terwijl die in
het voertuig is geïnstalleerd.
_____________________
108
Verwijderen van de accu
Verwijder de zitting.
Koppel eerst de ZWARTE (–) kabel los
en dan de RODE (+).
WAARSCHUWING
Demonteer altijd in deze volgorde;
koppel de ZWARTE (–) kabel eerst
los.
Verwijder de bevestigingsbouten van
de accuhouder en het rack.
vbl2008-006 -500_a
1. ROOD (+)
2. ZWART (–)
3. Accuhouder
Accu reinigen
Reinig de accupool en kabeluiteinden
met een stalen borstel.
Batterij installeren
Installeer de accu terug in het voertuig.
Bevestig de accuhouder.
WAARSCHUWING
Sluit eerst de RODE (+) kabel aan
en dan de ZWARTE (–). Sluit altijd
eerst de RODE (+) kabel aan.