Pos.
Beschrijving
9
Configureerbare ingang/uitgang 1
10
GND
11
Configureerbare ingang/uitgang 2
12
GND
13
Voedingsspanning, 24 V, max. 200 mA
14
GND
15
Voedingsspanning, 24 V, max. 200 mA
16
GND
Gerelateerde informatie
3.6 De IO-klemmen configureren via Grundfos GO Remote
4.6 Identificatie
4.6.1 Typeplaatje
1
2
3
T
°C
IP 54
amb
12
11
Assembled in Thailand
10
9
Pos.
Beschrijving
1
Productnaam
2
Voedingsspanning
3
Maximale stroom
4
Maximale inschakelstroom
5
Versienummer en materiaalnummer
6
Productiecode (jaar en week)
7
Serienummer
8
Fabriekscode
9
IP-klasse
10
Minimale en maximale omgevingstemperatuur
11
Productielocatie
12
Keurmerken en goedkeuringen
4.6.2 Typesleutel voor de LC 232
Voorbeeld
LC 232
Pos.
1
Pos.
Beschrijving
Type:
1
•
LC 232: uitvoering voor wandmontage
2
Aantal ondersteunde pompen
3
Stroombereik van de pomp [A].
Inschakelmethode:
4
•
DOL: Direct-on-line
Paneeltype:
5
•
PI: Kunststof behuizing
4.7 Ondersteunde communicatie-interfacemodules en
protocollen
De volgende Grundfos communicatie-interfacemodules kunnen
worden toegevoegd aan het product.
4
5
6
7
P2
DK-8850 Bjerringbro, Denmark
8
2x
1-9
DOL
PI
2
3
4
5
Communicatie-interfacemodule
CIM 050
CIM 150
CIM 200
CIM 260
CIM 270
1)
1)
CIM 280
CIM 300
CIM 500
1)
Niet ondersteund.
Gerelateerde informatie
2.2.5 Een communicatie-interfacemodule installeren
5. Regelfuncties
5.1 Bedieningspaneel
Pos. Symbool
Beschrijving
1
Display
ft
2
Eenheden
m
Toetsen Omhoog/Omlaag:
•
Druk op deze toetsen om te navigeren
8
tussen submenu's of om de instellingen voor
de waarden te wijzigen.
Toets OK:
9
•
Druk op deze toets om gewijzigde waarden
op te slaan.
Verbindingstoets:
•
Druk op deze toets om de regelaar te
10
verbinden met Grundfos GO Remote via
Bluetooth.
Toets Reset:
•
Druk op deze toets tijdens het opstarten om
11
instellingen te resetten en opnieuw te
beginnen of om een alarm of waarschuwing
te resetten.
Bedrijfsmodus voor de pomp:
1
•
On: De pomp is handmatig ingeschakeld.
12
On Off Auto
•
Off: De pomp is handmatig uitgeschakeld.
•
Auto: De pomp werkt automatisch op basis
van de instellingen.
Setpoint
13
Display
Het display geeft de pompstatus aan.
5.00 bar
Vergrendelingssymbool:
Als het symbool oplicht, is de regelaar
14
vergrendeld en kunnen geen wijzigingen
Operaring mode
worden aangebracht.
Alarm- en waarschuwingssymbool:
15
Rood: Alarm
Geel: Waarschuwing
De regelaar maakt handmatige instelling en bewaking van het
systeem mogelijk.
6. Het product instellen
Zorg dat alle instellingen worden uitgevoerd aan de hand
van de vereisten van de pomp en het systeem om
storingen te vermijden.
Protocol
GENIbus
PROFIBUS DP
Modbus RTU
3G/4G
GRM
Grundfos Utility Connect
BACnet
Modbus TCP
PROFINET IO
GRM IP
2
3
Status Settings Assist
Control mode
Const. pressure
Actual controlled value
Normal
4.90 bar
9
8
7
6
5
315