OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
2.
Terwijl u het beeld via
het beeldscherm
bekijkt, gebruikt u [ ]
en [ ] om scherp te
stellen.
Om dit te doen:
Stel scherp op het voorwerp
Stel scherp van het onderwerp weg
• Door op [ ] of [ ] te drukken zal het gedeelte binnen
het kader in stap 1 het beeldscherm tijdelijk geheel
vullen om het scherpstellen te vergemakkelijken.
Enkele ogenblikken later zal het normale beeld
opnieuw verkregen worden.
3.
Druk op de sluitertoets om het beeld op te
nemen.
BELANGRIJK!
• Tijdens de handmatige scherpstelfunctie stellen de
[ ] en [ ] toetsen scherp zelfs als u toetsaanpassing
gebruikt om andere functie aan deze toetsen toe te
wijzen (pagina 140).
Handmatige scherpstelstand
Doe dit:
Druk op [ ].
Druk op [ ].
LET OP
• Wanneer u tijdens het opnemen met handmatige
scherpstelling een optische zoombewerking (pagina
68) uitvoert, verschijnt een waarde op het
beeldscherm zoals hieronder is aangegeven om het
scherpstelbereik mee te delen.
Voorbeeld: MF 10 cm - ∞
86