BEKIJKEN VAN BEELDEN MET EEN COMPUTER
6.
Schakel de camera in.
• Uw Macintosh ziet het bestandsgeheugen als een
drive.
• Het uiterlijk van de drive-icoon hangt af van de Mac
OS versie die u in gebruik heeft.
• Na het installeren van het USB aanstuurprogramma
zal uw Macintosh het bestandgeheugen zien als een
drive telkens wanneer u een USB aansluiting tot
stand brengt tussen deze twee apparaten.
7.
Dubbelklik de drive-icoon voor het
bestandsgeheugen, de "DCIM" map en dan de
map die het gewenste beeld bevat.
8.
Dubbelklik het bestand dat het beeld bevat
dat u wilt bekijken.
• Zie "Geheugenmapstructuur" op pagina 228 voor
informatie aangaande bestandnamen.
9.
Sleep de "DCIM" map naar de gewenste map
op uw computer om alle bestanden in het
bestandsgeheugen te kopiëren naar de harde
schijf van uwMacintosh.
BELANGRIJK!
• Gebruik uw computer nooit om beelden die
opgeslagen zijn in het ingebouwde geheugen van de
camera of op de geheugenkaart te bewerken,
wissen, verplaatsen of hernoemen. Dit kan namelijk
problemen veroorzaken bij de beeldbeheerdata die
door de camera gebruikt wordt waardoor het
onmogelijk kan worden om beelden via de camera
weer te geven of er kan een grote afwijking
verkregen worden in de waarde die getoond wordt
door de camera voor het aantal beelden. Kopiëer de
beelden eerst naar uw computer voordat u ze
bewerkt, wist, verplaatst of hernoemt.
10.
Sleep de drive-icoon die de camera voorstelt
naar de vuilnisbak om de USB aansluiting tot
een einde te brengen. Verbreek vervolgens de
aansluiting van de USB kabel en de camera
en schakel de camera pas daarna uit.
225