148
Klimaatregeling
Ruiten ontwasemen en
ontdooien V
■ Knop V indrukken: ventilator
schakelt automatisch over op hoger
toerental, de luchtstroom wordt op
de voorruit gericht.
■ Schakelaar koeling n AAN.
■ Draaiknop voor temperatuur in
hoogste stand zetten.
■ Verwarming achterruit Ü inschake‐
len.
■ Zijdelingse luchtroosters naar wens
openen en op de zijruiten richten.
Let op
Als de instellingen voor ontwasemen
en ontdooien zijn geselecteerd, is er
geen Autostop mogelijk.
Als de instellingen voor ontwasemen
en ontdooien zijn geselecteerd ter‐
wijl de motor in een Autostop is, zal
de motor automatisch herstarten.
Elektronisch
klimaatregelsysteem
Dankzij de twee zones van de kli‐
maatregeling kunt u de temperatuur
aan de bestuurders- en passagiers‐
kant voorin afzonderlijk regelen.
Bedieningsorganen voor:
■ Temperatuur bestuurderskant
■ Luchtverdeling
■ Ventilatorsnelheid
■ Temperatuur passagierskant
voorin
= koeling
n
AUTO = automatische modus
= handmatig bediende lucht‐
4
recirculatie
= ontwasemen en ontdooien
V
Achterruitverwarming Ü 3 34, Stoel‐
verwarming ß 3 43, Verwarmd stuur‐
wiel * 3 97.
De ingestelde temperatuur wordt au‐
tomatisch afgeregeld. In de automa‐
tische modus regelen de ventilator‐
snelheid en de luchtverdeling auto‐
matisch de luchtstroom.
Het systeem kan handmatig worden
bijgesteld met behulp van de knop‐
pen voor luchtverdeling en lucht‐
stroom.