nl Tijdfuncties
Controleren of de watertank gelijk met de tank-
6.
schacht is ingeschoven.
Sluit de apparaatdeur.
7.
7.6 Watertank bijvullen
Wanneer de watertank tijdens het gebruik leegraakt,
wordt de werking onderbroken.
De apparaatdeur voorzichtig openen.
1.
Neem de watertank uit de tankschacht.
2.
Vul de watertank met water.
3.
De gevulde watertank weer in de tankschacht plaat-
4.
sen.
Sluit de apparaatdeur.
5.
Druk op
om de werking te hervatten.
6.
7.7 Verwarmingsmethode en temperatuur
instellen
Wanneer u uw apparaat inschakelt, verschijnt een voor-
stel voor verwarmingsmethode en temperatuur. U kunt
deze instelling direct met starten met
voor andere instellingen de waarden.
Vereiste: De watertank is voldoende gevuld met water.
8 Tijdfuncties
Uw apparaat beschikt over verschillende tijdfuncties
waarmee u de werking kunt sturen.
8.1 Overzicht van de tijdfuncties
Bij de werking kunt u tijdsduur en einde instellen. De ti-
mer kan onafhankelijk van de werking worden inge-
steld.
Tijdfunctie
Gebruik
Timer
De timer kunt u onafhankelijk van
de werking instellen. Hij beïn-
vloedt het apparaat niet.
Tijdsduur
Wanneer u voor de werking een
tijdsduur instelt, houdt het appa-
raat na het verstrijken van de tijds-
duur automatisch op met verwar-
men.
Einde
Voor de tijdsduur kunt u een tijd
instellen waarop de werking ein-
digt. Het apparaat start automa-
tisch zodat de werking op het ge-
wenste tijdstip klaar is.
12
Schakel het apparaat in met
1.
Kies de verwarmingsmethode met de draaiknop.
2.
Ga met naar de temperatuur.
3.
Kies de temperatuur met de draaiknop.
4.
5.
Druk op
a De werking start.
7.8 Melding "Watertank vullen"
Wanneer u een verwarmingsmethode instelt en de wa-
tertank slechts half gevuld is, meldt het apparaat "Wa-
tertank vullen".
Start de werking wanneer u van mening bent dat er vol-
doende water in de watertank zit.
Vul de watertank wanneer de hoeveelheid water in de
watertank niet voldoende is voor de bereiding.
→ "Watertank vullen", Pagina 11
7.9 Werking annuleren
Opmerking: U kunt de ontkalkingsprocedure niet afbre-
ken.
Schakel het apparaat uit met
▶
a De actuele werking wordt afgebroken.
a Nadat het programma onderbroken of afgebroken
is, kan het zijn dat de koelventilator blijft draaien.
7.10 Na elk gebruik met stoom
Na elk gebruik blijven er altijd vocht en verontreinigin-
gen achter in de binnenruimte. Droog en reinig het ap-
paraat na elk gebruik. Leeg ook de watertank.
Na elk gebruik met stoom
Droog de binnenruimte.
1.
. Wijzig
→ "Binnenruimte drogen", Pagina 18
Leeg de watertank.
2.
→ "Watertank legen", Pagina 18
8.2 Timer instellen
De timer loopt onafhankelijk van de werking. U kunt de
timer bij ingeschakeld en uitgeschakeld apparaat tot
23 uur en 59 minuten instellen. De timer heeft een ei-
gen signaal, zodat u hoort of de timer of een tijdsduur
eindigt.
Druk op
1.
Stel de timertijd in met de draaiknop.
2.
a Na enige seconden start de timer.
a
en de aflopende tijd verschijnen in de statusregel.
a Als de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een sig-
naal. Op het display verschijnt "Timer beëindigd".
Druk op
3.
Timer wijzigen
U kunt de timertijd altijd wijzigen.
Druk op
1.
Wijzig de timertijd met de draaiknop.
2.
Bevestig met
3.
.
.
om het signaal voortijdig te beëindigen.
.
.
.
.