Smeren
Onderhoudsinterval/Specificatie
Smeren met Nr. 2 vet op lithium- of molybdeenbasis voor
algemene doeleinden.
Methode van smeren
1. Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand zijn
gekomen alvorens de bestuurderpositie te verlaten.
3. Reinig de smeernippels met een doek. Indien nodig
verf van de voorkant van de nippels afkrabben.
4. Zet een smeerpistool op de nippel. Spuit vet in de
nippels totdat er nieuw vet bij de lagers naar buiten
komt.
5. Overtollig vet opnemen.
Lagers van zwenkwielen en achterwielen
smeren
1. Smeer de lagers van de voorwielen en de voorassen
totdat er nieuw vet bij de lagers naar buiten komt
(Fig. 30).
2. Zet de achterkant van de machine omhoog en plaats
deze op kriksteunen.
3. Verwijder het complete achterwielstel.
4. Verwijder de smeerdop van het achterwiel. Smeer het
lager van het achterwiel (Fig. 30).
5. Monteer het achterwielstel.
Opmerking: Zorg ervoor dat de smeerdoppen van de
achterwiel zijn verwijderd voordat u de achterwielen smeert.
Figuur 30
Koppelingen van de transmissie smeren
1. Smeer de koppelingen van de transmissie op de
achterkant van de machine (Fig. 31).
Spanpoelie van de drijfriem van de
aftakas smeren
1. Spuit vet in de smeernippel van het draaipunt van de arm
van de spanpoelie van de riem van de aftakas (Fig. 32).
Het koelsysteem reinigen
Onderhoudsinterval/Specificatie
Voor elk gebruik moet u het koelsysteem van de motor
controleren en reinigen. Verwijder aangekoekt gras, vuil
of andere rommel van de cilinder en de koelribben van de
m–6367
cilinderkop, het luchtinlaatrooster op het uiteinde van het
vliegwiel, de carburateur, de regelhendels en de verbin-
dingen. Dit zal mede zorgen voor een adequate koeling en
een correct motortoerental en zal de kans verkleinen dat
de motor oververhit raakt en technische schade oploopt.
30
Figuur 31
Figuur 32
m–5191
m–5247