Riem van wisselstroomdynamo
vervangen en spannen
Controleer de riem van de wisselstroomdynamo om de
50 bedrijfsuren op slijtage.
Riem van wisselstroomdynamo
vervangen
1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de
vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen alvorens de bestuurderspositie te
verlaten.
3. Verwijder het achterpaneel van de motor (Fig. 74).
4. Verwijder de aandrijfriem van de pomp. Zie
Aandrijfriem van pomp vervangen, blz. 54.
5. Draai de twee bouten los waarmee de
wisselstroomdynamo is vastgezet (Fig. 80).
6. Verwijder de riem van de poelies en de
wisselstroomdynamo (Fig. 80).
7. Leg de nieuwe riem rond de poelies en de
wisselstroomdynamo (Fig. 80).
Riem van wisselstroomdynamo spannen
1. Plaats een staaf tussen de wisselstroomdynamo en het
motorblok (Fig. 80).
2. Beweeg de wisselstroomdynamo naar buiten totdat de
riem tussen de motor en de wisselstroomdynamo een
speling van 10–13 mm heeft (Fig. 80).
3. Draai de bouten van de wisselstroomdynamo vast.
4. Controleer nogmaals de speling van de riem en stel zo
nodig de riem af.
5. Als de speling correct is, draait u de bovenste bout vast
met een torsie van 19 Nm en de onderste bout met een
torsie van 61 Nm (Fig. 80).
4
2
Figuur 80
1. Wisselstroomdynamo
2. Riem van
wisselstroomdynamo
3. Staaf
55
3
5
1
6
m–7421
4. Speling, 10–13 mm
5. Bovenste bout
6. Onderste bout