Pagina 1
Form No. 3353-662 Rev B Z593-D Z Master® met 132 of 152,4 cm TURBO FORCE® maaidek met zijafvoer Modelnr.: 74264TE—Serienr. 250000001 og højere Modelnr.: 74265TE—Serienr. 250000001 og højere Registreer uw product op www.Toro.com Vertaling van de oorspronkelijke tekst (NL)
Opmerking duidt het juiste en veilige gebruik van de machine. algemene informatie aan die bijzondere aandacht U kunt rechtstreeks contact met Toro opnemen op verdient. www.Toro.com om informatie over producten en accessoires te verkrijgen, een dealer te vinden of Inhoud uw product te registreren.
Pagina 3
Bestuurdersstoel instellen ....29 Onderhoud bedieningsysteem ....54 Bestuurdersstoel ontgrende- Neutraalstand van schakelhendel len........30 afstellen......54 Machine met de hand duwen ....30 Onderhoud hydraulisch systeem ....55 Zijafvoer gebruiken ......31 Onderhoud van het hydraulische Transport van de machine....31 systeem ......
Veiligheid oorzaken voor het verliezen van de controle zijn: Deze machine voldoet ten minste aan de Europese ◊ onvoldoende grip van de wielen, in het bijzonder op nat gras; normen, van kracht op het moment van produktie. Onjuist gebruik of onderhoud door de gebruiker ◊...
bouten altijd als complete set om een goede • Gebruik de machine nooit als schermen, balans te behouden. schilden of andere beveiligingsmiddelen zijn beschadigd of ontbreken. • Let op dat bij machines met meer maaimessen andere messen kunnen gaan draaien doordat •...
• Laat de motor afkoelen voordat u de van de accu. maaimachine in een afgesloten ruimte stalt. • Gebruik altijd originele Toro-onderdelen zodat • Houd de motor, geluiddemper, accubehuizing de originele standaarden worden gehandhaafd. en de brandstofopslagplaats vrij van overtollig •...
• Nooit plotseling starten of stoppen op een helling. Als de wielen grip verliezen, moet u de maaimessen uitschakelen en de heuvel langzaam afrijden. • U kunt de stabiliteit verbeteren door wielgewichten of contragewichten te gebruiken overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 1-643253 93-7818 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding voor instructies om de mesbout/moer vast te zetten met een torsie van 115-149 Nm.
Pagina 10
107-1864 99-8939 Gebruikershandlei- 3. Verwijder het sleuteltje dinglezen. uit het contact en lees de instructies alvorens service- of onderhoudswerkzaam- heden uit te voeren. 2. Maaihoogte 107-1866 1. Kans op slippen, omkiepen en verlies van controle over de machine, steile hellingen – Gebruik de machine niet in de buurt van steile hellingen, hellingen van meer dan 15 graden, of water;...
Pagina 11
107-3961 1. Maaihoogte in millimeters 107-3069 1. Waarschuwing – Er is geen omkiepbeveiliging als de rolbeugel omlaag is geklapt. 2. Om lichamelijk of dodelijk letsel te voorkomen als de machine omkiept, moet u de rolbeugel in de omhoog geklapte en vergrendelde positie houden en de veiligheidsgordel omdoen.
Pagina 12
107-3963 1. Handen of voeten 2. Handen of voeten kunnen 3. De machine kan voorwerpen 4. Voordat u de motor start, kunnen worden worden gesneden/geampu- uitwerpen – Houd moet u gras en vuil onder de gesneden/geamputeerd, teerd, maaimes – Verwijder omstanders op een veilige drijfriemen en poelies van maaimes –...
Pagina 13
110-3853 1. Ledematen kunnen wor- 2. Verwijder het sleuteltje den gesneden/geampu- uit het contact en lees de 107-3968 teerd en worden gegrepen, instructies alvorens service- ventilator, riem. of onderhoudswerkzaam- 1. Uitschakelen 3. Parkeerrem heden uit te voeren. 2. Inschakelen 107-3969 1.
Pagina 14
108-5955 108-5957 110-3851 1. Verwijder het sleuteltje uit het contact en lees de instructies alvorens service- of onderhoudswerkzaamheden uit te voeren. 108-5981 110-3852 1. Verwijder het sleuteltje 2. Ononderbroken toon geeft uit het contact en lees de aan dat de motor oververhit instructies alvorens service- raakt.
Pagina 15
Merkteken van fabrikant spoelen en snel arts raadplegen. 1. Geeft aan dat het mes onderdeel van een originele 10. Bevat lood; niet 5. Lees de Gebruikershandlei- Toro-maaimachine is. ding. weggooien. 110-0820 1. Snel 5. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 2. Langzaam 6.
Algemeen overzicht van de machine Figuur 4 1. Urenteller 6. Gashendel 2. Contactschakelaar 7. Aftakasschakelaar 3. Schakelaar van 8. Akoestisch waarschuwings- gloeibougies signaal 4. Indicatielampje van 9. Brandstofafsluitklep gloeibougies 5. Temperatuurlampje Urenteller Figuur 3 De urenteller registreert het aantal uren dat de motor in bedrijf is geweest.
Pagina 17
van het koelsysteem in Onderhoud koelsysteem, blz. 48. Brandstofafsluitklep De brandstofafsluitklep bevindt zich achter de bestuurdersstoel. Sluit de brandstofafsluitklep voordat u de machine transporteert of stalt. Zet de brandstofafsluitklep voor gebruik naar links (LH) of rechts (RH).
Gebruiksaanwij- zing In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden Opmerking: Bepaal vanuit de normale bij u of anderen en materiële schade bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de veroorzaken. machine. •...
op de rechterkant. Elke tank is aangesloten op de brandstofafsluitklep. Hiervandaan loopt een gemeenschappelijke brandstofslang naar de motor (Figuur 5). • Als dit niet mogelijk is, verdient het de voorkeur dergelijke machines op een Om de linker brandstoftank te gebruiken, moet truck of aanhanger bij te vullen uit een u de brandstofafsluitklep op LH (links) draaien.
De omkiepbeveiliging (rolbeugel) gebruiken (ROPS, Rollover Protection System) Om lichamelijk of dodelijk letsel te voorkomen als de machine omkiept: Houd de rolbeugel in de omhoog geklapte en vergrendelde positie en doe de veiligheidsgordel om. Figuur 6 Controleer of het achterste deel van de stoel 1.
Bij maaien op nat gras of een steile helling bestaat de kans dat de wielen slippen en u de macht over de machine verliest. Wielen die over randen heen komen, kunnen tot gevolg hebben dat de machine omkiept, hetgeen ernstig of dodelijk letsel dan wel verdrinking kan veroorzaken.
Parkeerrem in werking stellen 1. Zet de schakelhendels (Figuur 16) in de vergrendelde neutraalstand. 2. Trek de parkeerrem naar achteren en omhoog om deze in werking te stellen (Figuur 11). De parkeerremhendel moet vast blijven staan op Ingeschakeld. De kans bestaat dat de parkeerrem de machine niet in stilstaande toestand houdt als deze op een helling is geparkeerd;...
Starten en stoppen van de Belangrijk: Start de motor telkens niet motor langer dan 30 seconden om te voorkomen dat de startmotor oververhit raakt. Starten in normale weersomstandig- 10. Als de motor niet direct start, zet u de heden gashendel op Snel en draait u contactsleuteltje op Start.
1. Start de motor met de gashendel op Snel. 2. Houd de schakelaar van de gloeibougie 10 tot Kinderen of omstanders kunnen letsel 15 seconden ingedrukt. Het lampje gaat dan oplopen als zij de machine verplaatsen branden. of proberen te bedienen terwijl deze 3.
vergrendelstand worden gezet als de parkeerrem in werking is gesteld of als u de bestuurdersstoel verlaat terwijl de aftakas is ingeschakeld. Veiligheidssysteem testen Controleer de werking van het veiligheidssysteem telkens voordat u de machine in gebruik neemt. Als het veiligheidssysteem niet werkt zoals hieronder wordt beschreven, moet u het direct laten repareren door een erkende Service Dealer.
De machine kan zeer snel ronddraaien. De bestuurder kan de controle over de machine verliezen. Dit kan leiden tot lichamelijk letsel en schade aan de machine. • Wees voorzichtig als u een bocht maakt. • Verminder de snelheid van de machine voordat u een scherpe bocht maakt.
1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in werking. Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als zij de machine verplaatsen of 2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje proberen te bedienen terwijl deze onbeheerd en wacht totdat alle bewegende onderdelen staat.
4. Plaats de plaat en de sluitnokken op zodanige wijze in de sleuven dat de machine de gewenste afvoer heeft. 5. Draai de hendel terug om de plaat en de sluitnokken vast te zetten (Figuur 21). 6. Als de nokken de plaat niet op zijn plaats houden of deze te vast zit, moet u hendel losmaken en aan de sluitnok draaien.
• Vochtige omstandigheden. van beide richtingen om de meest comfortabele • Vermindert het energieverbruik van de motor. positie te verkrijgen (Figuur 25). • Maakt hogere rijsnelheid mogelijk in zware omstandigheden. • Deze positie biedt dezelfde voordelen als de Toro SFS maaimachine.
Bestuurdersstoel ontgrendelen Duw de stoelvergrendeling naar achteren om de stoel te ontgrendelen. Hierdoor kunt u bij het deel van de machine onder de stoel komen (Figuur 27). Figuur 25 1. Knop voor stoelophanging 2. Instelhendel bestuurders- stoel De rugleuning verstellen Figuur 27 1.
Opmerking: Draai de omloopkleppen niet te vast. Zonder aangebrachte grasgeleider, De machine zal niet rijden als de omloopkleppen afvoerafsluiter of complete grasvanger niet zijn ingedraaid. kunnen u of anderen in aanraking met het maaimes of uitgeworpen voorwerpen komen. Contact met het draaiende maaimes en uitgeworpen voorwerpen kan lichamelijk of dodelijk letsel veroorzaken.
U mag de snelheid niet abrupt verhogen als u de machine de hellingbaan oprijdt en ook niet abrupt verlagen als u de machine de hellingbaan afrijdt. Deelname aan het wegverkeer zonder In beide gevallen bestaat de kans dat de machine richtingaanwijzers, verlichting, dan achteroverkiept.
wordt afgeraden, tenzij het gras dun is, of in de late herfst, wanneer het gras langzamer groeit. Maairichting Maai afwisselend in verschillende richtingen, zodat het gras rechtop blijft staan. Dit zorgt ook voor een betere verspreiding van het maaisel, wat de vertering en bemesting ten goede komt.
Vijl regelmatig kerven en inkepingen weg en slijp de messen indien dit nodig is. Als een mes beschadigd of versleten is, moet u dit onmiddellijk vervangen door een origineel Toro-mes.
Onderhoud Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 8 • Het peil van de hydraulische vloeistof controleren. bedrijfsuren Na de eerste 25 • Hydraulische lter vervangen en hydraulische vloeistof verversen. bedrijfsuren • De motorolie verversen. Na de eerste 50 • Motorolielter vervangen. bedrijfsuren Na de eerste 100 •...
Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u en andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen. Haal het sleuteltje uit het contact en maak de bougiekabel los voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de machine.
• Bedieningsorgaan van de stoelschakelaar • Draaipunt van de remhendel • Lagerbussen van de remstang • Bronzen lagerbussen van de schakelhendels. Maaidek en riemspanpoelies smeren Het maaidek moet wekelijks of om de 25 bedrijfsuren worden gesmeerd. Smeren met Nr. 2 vet op lithium- of molybdeenbasis voor algemene doeleinden.
Onderhoud motor Onderhoud van het luchtlter Luchtfilter: Het luchtfilter moet om de 250 bedrijfsuren worden gecontroleerd en/of vervangen. Dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt in stoffige omstandigheden. Opmerking: U moet de filters vaker controleren als de machine wordt gebruikt in buitengewoon stoffige of zanderige omstandigheden.
Figuur 35 Motoroliepeil controleren Opmerking: Controleer het oliepeil als de motor koud is. 1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de vergrendelde neutraalstand en stel de Figuur 34 parkeerrem in werking. 1. Luchtlterhuis 3. Luchtlterdeksel 2. Luchtlter 4. Vergrendelingen 2.
Figuur 37 1. Achterkant van machine 2. Aftapplug Figuur 36 Motorolie bijvullen 1. Oliepeilstok 3. Linker achterkant van de machine 2. Metalen deel 1. Kantel de stoel naar voren, draai de bouten los en verwijder het frontpaneel van de motor (Figuur 38).
Pagina 41
Belangrijk: Vul de olie zeer langzaam bij en zorg ervoor dat de vulopening niet verstopt raakt (Figuur 41). Al u te snel olie bijvult of de opening verstopt raakt, bestaat de kans dat de olie overloopt en de luchtinlaten verstopt raken. Hierdoor kan de motor schade oplopen.
Onderhoud Opmerking: U moet het oliefilter op de juiste wijze afvoeren. Verwerk dit volgens de brandstofsysteem plaatselijk geldende voorschriften. 3. Voordat u het filter monteert, moet u een dun Onderhoud van het laagje verse en schone olie op de pakking van brandstoflter het filter smeren.
Onderhoud elektrisch systeem Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de machine en de kabels Onderhoud van de accu tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing Waarschuwing komen, die lichamelijk letsel kunnen veroorzaken. CALIFORNIË •...
Accu opladen 6. Maak beide vleugelmoeren los (1/4 inch) waarmee de accuklembeugel is bevestigd (Figuur 45. 7. Draai de twee bouten los waarmee de Bij het opladen produceert de accu gassen hydraulische tank is vastgezet (Figuur 45). die tot ontploffing kunnen komen. 8.
Onderhoud van de Onderhoud zekeringen aandrijfsysteem De elektrische installatie is beveiligd door middel De sporing afstellen van zekeringen. Deze behoeven geen onderhoud. Als er een zekering is doorgebrand, moet u echter het onderdeel of circuit controleren op defecten Onder de stoel zit een knop waarmee de sporing of kortsluiting.
Figuur 49 Gleufmoer van wielnaaf controleren Om de 500 bedrijfsuren controleren. De gleufmoer moet worden aangedraaid met een torsie van 170 Nm. 1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels Figuur 48 in de vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in werking. 1.
6. Als er meer dan twee schroefdraden zichtvaar zijn, verwijdert u de moer en plaatst u een ring tussen de naaf en de moer. 7. Draai de gleufmoer aan met een torsie van 170 Nm (Figuur 50). 8. Draai de moer aan totdat de volgende serie gleuven recht tegenover de opening in de as staan (Figuur 50).
Een draaiende as en ventilator kunnen letsel veroorzaken. • Gebruik de machine nooit zonder dat de kappen zijn geplaatst. • Houd vingers, handen en kleding uit de buurt van een draaiende ventilator en aandrijfas. • Zet de motor af en verwijder het contactsleuteltje alvorens onderhoudswerkzaamheden uit te voeren.
dat half uit antivries/Dex-Coolr® en half uit water bestaat (Figuur 53). 5. Vul de fles met dit mengsel tot aan de streep op de fles (Figuur 53). Figuur 54 1. Oliekoeler 3. Radiatorscherm 2. Linkerachterband Figuur 53 Motorkoelvloeistof verversen 1. Overloopes voor antivries 2. Streep op zijkant van overloopes Laat een erkende Service Dealer de motorkoelvloeistof om de 2 jaar verversen.
6. Leg de nieuwe riem rond de poelies van het maaidek en de poelie van de tandwielkast onder de motor (Figuur 57). 7. Monteer de veer op de arm van de spanpoelie (Figuur 57). 8. Monteer de riemgeleider op de veerbelaste spanpoelie in een hoek van 45 graden zoals wordt getoond in Figuur 57.
Figuur 57 Figuur 58 1. Drijfriem van maaidek 4. Riemgeleider 2. Aspoelie van maaidek 5. Poelie van tandwielkast 1. Knop 2. Frontpaneel van motor 3. Spanpoelie van maaidek 6. Veer 4. Haal de veer van de arm van de spanpoelie Drijfriem van aftakas (Figuur 59).
Figuur 60 1. Aandrijfriem van pomp 3. Veerbelaste spanpoelie 2. Koppeling 4. Veer Figuur 59 1. Drijfriem van aftakas 4. Veerbelaste spanpoelie 2. Koppeling 5. Tandwielkast 3. Veer 6. Aanslagbeugel van Riem van wisselstroomdy- koppeling namo vervangen en spannen Controleer de riem van de wisselstroomdynamo Aandrijfriem van pomp om de 50 bedrijfsuren op slijtage.
9. Leg de nieuwe riem rond de poelies en de wisselstroomdynamo (Figuur 63). 10. Monteer de ventilator en de ventilatorplaat op de machine met de 2 bouten die u eerder hebt verwijderd (Figuur 62). 11. Monteer de oliekoeler met de 4 bouten die u eerder hebt verwijderd (Figuur 62).
4. Begin met de linker of de rechter schakelhendel. 5. Zet de hendel in de neutraalstand zonder deze te vergrendelen (Figuur 64). 6. Trek de hendel naar achteren totdat de gaffelpen (op de arm onder de taatsas) contact maakt met het uiteinde van de gleuf (en net druk op de veer begint uit te oefenen) (Figuur 64).
Opmerking: De hydraulische vloeistof kunt u op twee manieren controleren. Als de vloeistof warm is en als de vloeistof koud is. De keerplaat in de tank geeft twee niveaus aan, afhankelijk of de vloeistof warm of koud is. 1. Plaats de machine op een horizontaal vlak en stel de parkeerrem in werking.
Pagina 56
Belangrijk: Gebruik ter vervanging geen filter voor motorolie omdat dit ernstige schade aan het hydraulische systeem kan Hydraulische vloeistof die onder druk veroorzaken. ontsnapt, kan door de huid heen dringen en letsel veroorzaken. 3. Plaats een opvangbak onder het filter. Verwijder het oude filter en veeg de pakking •...
stroomt. Draai vervolgens het oliefilter 3. Als het wiel uit zichzelf begint te draaien, rechtsom totdat de rubberen pakking contact moet u dit ingeschakeld houden totdat het wiel maakt met het filtertussenstuk. Draai het filter soepel draait (minimaal 2 minuten). daarna met de hand nog een extra 1/2 slag vast 4.
Neutraalstand hydraulische de het wiel stil staat of iets achteruit kruipt pomp afstellen (Figuur 70). 3. Beweeg de schakelhendel naar voren en Opmerking: Stel eerst de neutraalstand van naar achteren en zet deze vervolgens in de de hendel af. Deze moet correct zijn voordat de neutraalstand.
Opmerking: De schakelhendel moet in de neutraalstand staan als er afstellingswerkzaamheden worden uitgevoerd. De beveiliging van het elektrische systeem zal niet goed werken als de Opmerking: De voorste moer van de verbindingsdraad is gemonteerd. pompstang heeft een linkse draad. • Maak de verbindingsdraad los van de 3.
Opmerking: Het verdient aanbeveling dat lager (losser) zetten. Zie Schuinstand van het maaidek instellen. de afstand aan beide kanten van het maaidek hetzelfde is. • Als een van de voorste kettingen slap is, moet u de voorste steunarm voor deze ketting 9.
Als een mes beschadigd 2. Controleer de afstand tussen de twee grote of versleten is, moet u dit onmiddellijk vervangen ringen; deze moet 28, 2 cm bedragen bij een door een origineel Toro-mes. Om het slijpen en...
Controle op kromme messen vervangen te vergemakkelijken, is het handig extra messen in voorraad te hebben. 1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in werking. Een versleten of beschadigd mes kan 2.
Belangrijk: De grasgeleider moet omlaag in positie kunnen klappen. Til de grasgeleider omhoog om te controleren of deze volledig omlaag klapt. Figuur 80 1. Wiek van het mes 4. Mesbout 2. Mes 5. Conus op boutkop 3. Veerschijf Grasgeleider vervangen Figuur 81 1.
Stalling 12. Wanneer de machine langer dan 30 dagen niet wordt gebruikt, moet deze worden voorbereid op stalling. De machine wordt als volgt Reiniging en stalling voorbereid op stalling: 1. Schakel de aftakas uit, stel de parkeerrem in A. Voeg een stabilizer/conditioner op werking en draai het contactsleuteltje op UIT.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De startmotor slaat niet aan. 1. De aftakas is 1. De aftakas uitschakelen. ingeschakeld. 2. De parkeerrem is niet in 2. De parkeerrem in werking. werking stellen. 3. De bestuurder zit niet op 3.
Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De motor raakt oververhit. 1. De motor is te zwaar 1. De rijsnelheid belast. verminderen. 2. Het oliepeil in het carter 2. Het carter bijvullen met is te laag. olie. 3. De koelribben en 3. De koelribben luchtkanalen boven en luchtkanalen de motor zijn verstopt.
Pagina 68
Probleem Mogelijke oorzaak Remedie Onregelmatige maaihoogte. 1. Maaimes(sen) bot. 1. Mes(sen) slijpen. 2. Maaimes(sen) verbogen 2. Nieuwe maaimes(sen) of niet in balans. monteren. 3. Het maaidek staat niet 3. Stel de maaimachine horizontaal. horizontaal en in de correcte schuinstand. 4. De onderkant van het 4.