Principe van de bediening
Functie kiezen
De sensortoetsen voor functies (bijvoor-
) bevinden zich boven
beeld
Meer
de display (zie hoofdstuk "Bediening"
en "Instellingen").
Raak de sensortoets van de ge-
wenste functie aan.
De sensortoets op het bedieningspa-
neel licht oranje op.
Blader in de keuzelijsten onder
, totdat het gewenste menupunt
gemarkeerd is.
Stel de waarden voor het bereidings-
proces in.
Bevestig met OK.
Een andere ovenfunctie kiezen
U kunt de ovenfunctie tijdens een berei-
ding wijzigen.
De sensortoets van het gekozen pro-
gramma licht oranje op.
Raak de sensortoets van de nieuwe
functie aan.
Op de display verschijnen de gewij-
zigde ovenfunctie en de bijbehorende
voorgeprogrammeerde waarden.
De sensortoets van het gewijzigde pro-
gramma licht oranje op.
Blader in de keuzelijsten onder
, totdat het gewenste menu-
Meer
punt verschijnt.
22
Cijfers invoeren
De gemarkeerde cijfers kunnen gewij-
zigd worden.
Raak de pijltoets of aan of veeg
in het veld naar links of rechts
tot het gewenste cijfer gemarkeerd is.
Tip: Als u de pijltoets ingedrukt houdt,
lopen de waarden automatisch verder
tot u de pijltoets weer loslaat.
Bevestig met OK.
Meer
Het gewijzigde cijfer wordt opgeslagen.
U komt in het hogere menu terecht.