Installatie
Controleer voor de installatie of het
contactoppervlak van de cilinderkop
en bougie niet vuil is.
Stel de bougiespleet met behulp van
een voelermaat in op 0,7 tot 0,8 mm
(0,027 tot 0,031 in).
Breng smeermiddel tegen het vastvre-
ten aan op de bougieschroefdraad en
installeer de bougie opnieuw.
Schroef de bougie in de cilinderkop
met de hand of met een passende mo-
mentsleutel.
Draai de bougies aan tot 11 N•m
(97 lbf•in).
Batterij
Verwijdering/montage batterij
WAARSCHUWING
Laad nooit een accu terwijl die in
het voertuig is geïnstalleerd.
Deze voertuigen zijn uitgerust met
een VRLA-accu (Valve Regulated Lead
Acid). Dit is een onderhoudsvrij accu-
type, waaraan geen water moet wor-
den toegevoegd om het elektrolytpeil
te regelen.
LET OP Verwijder nooit de af-
sluitdop van de accu.
Reinig de accupool met een stalen bor-
stel. Smeer de pool met diëlektrisch
vet ter bescherming tegen oxidatie.
Verwijderen
Koppel eerst de ZWARTE (-) kabel los
en dan de RODE (+).
vmo2008-008-017_b
1. ZWART (-)
2. ROOD (+)
Demonteer altijd in deze volgorde;
koppel de ZWARTE (-) kabel eerst
los. Het motorcompartiment kan
brandstofdampen bevatten, die
door een vonk kunnen ontvlam-
men en verwondingen veroorza-
ken.
Verwijder de accu uit het voertuig.
Installatie
Installeer de accu terug in het voertuig.
Sluit eerst de RODE (+) kabel aan
en dan de ZWARTE (-). Sluit altijd
eerst de RODE (+) kabel aan.
Zekering
Vervangen van de zekeringen
Het elektrisch systeem is beveiligd
met een zekering.
Vervang een defecte zekering altijd
door een zekering met dezelfde capa-
citeit.
_____________________
ONDERHOUDSPROCEDURES
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
95