BRANDSTOF
WAARSCHUWING
Stop de motor altijd voor u tankt.
Draai de dop langzaam open. Als
u een drukverschil vaststelt (flui-
tend geluid terwijl u de dop los-
draait), laat uw voertuig dan na-
kijken en/of repareren voordat u
er opnieuw mee rijdt. Brandstof
is in bepaalde omstandigheden
ontvlambaar en explosief. Con-
troleer het brandstofpeil nooit met
behulp van een open vlam. Rook
niet en vermijd vuur en vonken in
de buurt van de brandstof. Werk
altijd in een goed verluchte ruimte.
Vul de brandstoftank nooit bij voor-
dat u het voertuig naar een warme
plaats verplaatst. Als de tempera-
tuur stijgt, gaat brandstof name-
lijk uitzetten waardoor de tank kan
overlopen. Wis op het voertuig
gemorste brandstof onmiddellijk
weg.
______________________
70