Download Print deze pagina

BRP can-am DS 70 2009 Gebruikershandleiding pagina 42

Advertenties

RIJDEN MET UW VOERTUIG
Ga er nooit van uit dat het voertuig overal veilig zal geraken. Door onverwachte
terreinveranderingen, zoals putten, laagtes, glooiingen, zachtere of hardere
"grond" of andere onregelmatigheden kan het voertuig kantelen of onstabiel
worden. Rijd traag en observeer altijd het terrein voor u om dit te voorkomen.
Dreigt het voertuig toch te kantelen of om te kippen, dan kunt u beter onmiddellijk
afstappen... WEG van de richting waarin het voertuig kantelt!
Inspectie voor het vertrek
Voer voor uw vertrek telkens een inspectie uit om potentiële problemen
onderweg voor te zijn. De inspectie voor het vertrek helpt u om slijtage en
achteruitgang op te sporen voordat die problematisch wordt. Corrigeer alle
ontdekte problemen om het risico op een panne of ongeluk te vermijden.
Raadpleeg indien nodig een erkende Can-Am dealer.
Alvorens dit voertuig te gebruiken moet de bestuurder en/of een volwassene altijd
het volgende doen:
– Zet de parkeerrem aan en ga na of ze goed werkt.
– Controleer de bandenspanning en de toestand van de banden.
– Controleer wielen en lagers op slijtage en beschadigingen.
– Controleer of alle bedieningselementen aanwezig zijn en goed werken.
– Ga na of het stuur vlot werkt.
– Geef meermaals gas om te controleren of de gashendel vlot werkt. Deze moet
terugkeren naar de stationaire stand wanneer u hem loslaat.
– Controleer of de snelheidsbegrenzerschroef in de juiste stand staat volgens de
mogelijkheden van de bestuurder.
– Controleer alle koppelingen van de remleidingen op stevige bevestiging en lek-
kage.
– Druk op de remhendels om na te gaan of de remmen goed werken. De hendels
moeten naar hun beginstand terugkeren, wanneer u ze loslaat.
– Controleer of de schakelhendel werkt en zet hem terug in de VRIJLOOP-stand.
– Controleer of de aandrijfketting goed afgeregeld en voldoende gesmeerd is.
– Controleer de kettingwielen op slijtage en beschadigingen.
– Controleer het brandstof- en oliepeil.
– Controleer de onderdelen van de motor, transmissie en het aandrijfsysteem op
olielekkage.
– Verifieer of de brandstofklep volledig openstaat (ON).
– Controleer of de zitting en het bergvak vooraan goed zijn vergrendeld.
– Kijk en voel of er onderdelen loszitten terwijl de motor niet draait. Controleer de
bevestigingen.
– Kijk of er geen personen of hindernissen op het traject zijn.
___________
40
WAARSCHUWING
VEILIGHEIDSINFORMATIE
___________

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Can-am ds 90 2009Can-am ds 90 x 2009