11.1 Overzicht DownVision-toepassing
De DownVision-toepassing geeft een gedetailleerd
structuuroverzicht van de zeebodem onder uw schip,
waardoor u de zeebodemstructuur en obstakels onderwater
goed kunt onderscheiden. DownVision gebruik CHIRP met
een gecentreerde 350 KHz-pingfrequentie, wat een meer
gedetailleerd beeld geeft dan sonar.
Het standaard beeld is een historisch, scrollend beeld van de
zeebodem.
1
3
6
1
Dieptemeting — huidige diepte van de zeebodem.
2
Scrollen gepauzeerd — scrollen wordt gepauzeerd wanneer de
joystick wordt gebruikt om de cursor over het scherm te bewegen.
3
Dieptelijnen — horizontale stippellijnen op regelmatige afstanden
waarmee de diepte vanaf het oppervlak wordt aangegeven.
4
Cursor — weergegeven in cursormodus.
5
Dieptemarkeringen — deze getallen geven de diepte aan.
6
Snelheid - huidige grondsnelheid van het schip (SOG).
7
Watertemperatuur — huidige watertemperatuur.
De verschillende functies en eigenschappen van de
DownVision-toepassing zijn onder andere:
• Zoom-weergavemodus.
• Instelbaar bereik en zoom.
• Instellingen om het beeld aan te passen.
• De snelheid van het scrollende beeld pauzeren en aanpassen.
• Waypoints gebruiken om een positie te markeren.
• Diepten van objecten bepalen.
De DownVision-toepassing gebruikt monochrome kleurpaletten
met schaduwen om onderscheid te maken tussen objectsterktes,
waardoor een duidelijk beeld ontstaat.
66
11.2 Besturing van de sonar- en
DownVision-toepassing
De sonar- en DownVision-toepassingen hebben beide 2 modi:
scrollingmodus en cursormodus. Opties en instellingen kunt u
openen via de toepassings- en contextmenu's.
Scrollingmodus
Wanneer de Sonar- of DownVision-toepassing is geopend, is
de toepassing in Scrollingmodus. In scrollingmodus wordt de
sonarhistorie weergegeven en wordt van links naar rechts over
het scherm gescrolld.
De volgende besturingen zijn van toepassing in de
2
scrollingmodus:
• Wanneer Bereik is ingesteld op handmatig, wordt de
Draaiknop gebruikt om het bereik in het uit te zoomen.
• Druk op de OK-knop om het toepassingsmenu te openen.
4
• Druk op de Terug-knop om de weergavewisselaar te openen.
• Beweeg de Joystick in een willekeurige richting om de
5
cursormodus te openen.
Cursormodus
In cursormodus wordt het scrollen gepauzeerd en kan de cursor
over het scherm worden bewogen.
De volgende regelaars zijn van toepassing in de cursormodus:
D12780-1
• Wanneer Bereik is ingesteld op handmatig, wordt de
Draaiknop gebruikt om het bereik in het uit te zoomen.
• Gebruik de richtingsregelaars van de Joystick om de cursor
over het scherm te bewegen.
• Druk op de OK-knop om het contextmenu te openen.
• Druk op de Terug-knop om naar scrollingmodus terug te
keren.
Menu's en dialoogvensters
Wanneer een menu of dialoogvenster open is, zijn de volgende
besturingen van toepassing:
• Gebruik de Draaiknop of de richtingsknoppen van de
Joystick om door de beschikbare opties te scrollen.
• Gebruik de OK-knop om een gemarkeerde optie te selecteren
of een pop-upbericht te bevestigen.
• Druk op de Terug-knop om naar het vorige menu terug te
keren of het menu te sluiten.
Een waypoint plaatsen
Om een waypoint te plaatsen volgt u de onderstaande stappen.
1. Gebruik de Joystick om de gewenste plaats met de cursor
te markeren.
2. Druk op de OK-knop.
Het contextmenu wordt weergegeven.
3. Selecteer Waypoint plaatsen.
Er wordt een bevestigingsbericht weergegeven.
4. Selecteer Ok om het waypoint te plaatsen, of Bewerken om
de gegevens van het waypoint te bewerken.
Er wordt een waypoint geplaatst op de plaats van de cursor.
DownVision-contextmenu
De DownVision-toepassing bevat een contextmenu met
informatie en snelkoppelingen naar menu-items.
Het contextmenu geeft informatie over de positie van de cursor:
• Diepte
• Afstand
Het contextmenu bevat eveneens de volgende menu-items:
Dragonfly