3. Koelventilator draait niet.
-
Controleer de zekering of relais van de koelventilator, zie het gedeel-
te over ONDERHOUDSPROCEDURES. Als de zekering in orde is,
zorgt u voor onderhoud, reparatie of vervanging door een erkende
Can-Am-dealer, reparatiebedrijf of iemand anders van uw keuze.
Raadpleeg de emissiegerelateerde garantie van US EPA in deze
handleiding voor informatie over garantieclaims.
MOTORTERUGSLAG
1. Uitlaatsysteem lekt.
-
Zorg voor onderhoud, reparatie of vervanging door een erkende
Can-Am-dealer, reparatiebedrijf of iemand anders van uw keuze.
Raadpleeg de emissiegerelateerde garantie van US EPA in deze
handleiding voor informatie over garantieclaims.
2. Motor loopt te heet.
-
Zie MOTOR MIST ACCELERATIE OF VERMOGEN.
3. Ontstekingstiming is verkeerd of het ontstekingssysteem is defect.
Zorg voor onderhoud, reparatie of vervanging door een erkende
-
Can-Am-dealer, reparatiebedrijf of iemand anders van uw keuze.
Raadpleeg de emissiegerelateerde garantie van US EPA in deze
handleiding voor informatie over garantieclaims.
MOTOR WEIGERT
1. Bougie vuil/beschadigd/versleten.
Reinig/controleer de bougie en het verwarmingsbereik. Vervangen
-
indien nodig.
2. Water in de brandstof.
-
Tap het brandstofsysteem af en hervul het met verse brandstof.
VOERTUIG BEREIKT MAXIMUMSNELHEID NIET
1. Motor.
Zie MOTOR MIST ACCELERATIE OF VERMOGEN.
-
2. Parkeerrem.
-
Zorg ervoor dat de parkeerrem volledig afstaat.
3. Luchtfilter/behuizing verstopt of vuil.
-
Controleer de filter en reinig hem indien nodig.
-
Controleer de afvoer van het luchtfilterhuis op vuilafzetting.
-
Controleer de positie van de luchtinlaatleiding.
4. CVT vuil of versleten.
-
Neem contact op met een erkende Can-Am dealer.
RICHTLIJNEN VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
147