3. VEILIGHEIDSINFORMATIE VOOR GEBRUIKERS
WAARSCHUWING:
Let op:
Opmerking:
OPMERKING: Deze handleiding kan screenshots en foto's bevatten. Screenshots en foto's zijn enkel ter
referentie. Raadpleeg het scherm in de gasttaal voor de specifieke bewoording.
WAARSCHUWINGEN
1.
Deze handleiding bevat belangrijke informatie over het gebruik en de veiligheid van dit apparaat. Afwijken van
de bedieningsprocedures, misbruik of verkeerde toepassing van het apparaat of het negeren van specificaties en
aanbevelingen kan resulteren in een verhoogd risico van letsel bij gebruikers, patiënten en omstanders of schade
aan het apparaat.
2.
Het apparaat registreert en presenteert gegevens waaruit de fysiologische toestand van een patiënt blijkt die bij
evaluatie door een gekwalificeerde arts nuttig kunnen zijn bij het stellen van een diagnose; de gegevens mogen
echter niet worden gebruikt als enige manier om de diagnose voor een patiënt te stellen.
3.
Gebruikers worden geacht erkende klinische professionals te zijn die kennis hebben van medische procedures
en patiëntenzorg en die naar behoren zijn opgeleid in het gebruik van dit apparaat. Alvorens dit apparaat te
gebruiken voor klinische toepassingen moet de gebruiker de inhoud van de gebruikershandleiding en de andere
begeleidende documenten hebben gelezen en begrepen. Onvoldoende kennis of training kan resulteren in een
verhoogd risico van letsel bij gebruikers, patiënten en omstanders of schade aan het apparaat. Neem contact op
met de serviceafdeling van Welch Allyn voor aanvullende trainingsopties.
4.
Om de veiligheid van de gebruiker en patiënten te garanderen, moeten de gebruikte randapparatuur en
accessoires die rechtstreeks in contact kunnen komen met de patiënt in overeenstemming zijn met UL 2601-1,
IEC 60601-1, en IEC 60601-2-25. Gebruik alleen onderdelen en accessoires die bij het apparaat worden
geleverd en die beschikbaar zijn via Welch Allyn, Inc.
5.
Patiëntkabels die bedoeld zijn voor gebruik met het apparaat zijn voorzien van een weerstand (minimaal 9
Kohm) in elke afleiding voor defibrillatiebescherming. Patiëntkabels moeten voor gebruik worden
gecontroleerd op scheuren en breuken.
6.
Geleidende onderdelen van de patiëntkabel, elektroden en bijbehorende verbindingen van toegepaste
onderdelen van het type CF, met inbegrip van de neutrale geleider van de patiëntkabel en elektroden, mogen
niet in contact komen met andere geleidende onderdelen, met inbegrip van de aardgeleiding.
Het apparaat of de patiëntkabels mogen nooit worden gereinigd door onderdompeling in een vloeistof, plaatsing
7.
in een autoclaaf of stoomreiniging aangezien hierdoor de apparatuur beschadigd kan raken of de levensduur
ervan kan worden bekort. Neem de buitenkant af met een oplossing van warm water en een mild
reinigingsmiddel en droog af met een schone doek. Het gebruik van niet-gespecificeerde reinigings-
/desinfectiemiddelen, nalatigheid om aanbevolen procedures te volgen of contact met niet-gespecificeerde
materialen kan resulteren in een verhoogd risico op letsel bij gebruikers, patiënten of omstanders of in schade
aan het apparaat.
Betekent dat er een mogelijkheid bestaat voor lichamelijk letsel bij uzelf of anderen.
Betekent dat er een mogelijkheid bestaat voor schade aan het apparaat.
Geeft informatie voor verdere hulp bij het gebruik van het apparaat.
5