SAEx 07.2 – SAEx 16.2 / SAREx 07.2 – SAREx 16.2 meld- en stuureenheid: elektromechanisch
Verhelpen van storingen
Fouten en uitval
Weergave in het display
Draairichting verkeerd
2)
DMF fout OPEN
2)
DMF fout DICHT
3)
FQM verzamelfout
1)
Voor productvariant Lift Plug Valve
2)
Voor aandrijvingen met een aangesloten draaimoment-meetflens
3)
Voor aandrijvingen met gemonteerde fail-safe eenheid
Tabel 38:
Niet gereed AFSTAND en functiecontrole (verzamelmelding 04)
Weergave in het display
Fout stuurcommando
Keuze niet-Afstand
Service actief
Geblokkeerd
NOOD UIT actief
NOOD actie actief
I/O interface
Handwiel actief
Interlock
Interlock bypass
PVST actief
1)
SIL-functie actief
1)
Voor besturingseenheden voor de aandrijving in SIL uitvoering
80
Omschrijving/oorzaak
De motor draait tegen de geconfigureerde
draairichting en actieve instelopdracht in d.w.z. in
de verkeerde richting.
Het via de draaimoment-meetflens op de uitgaande
as gemeten draaimoment in de bewegingsrichting
OPEN is te groot.
Het via de draaimoment-meetflens op de uitgaande
as gemeten draaimoment in de bewegingsrichting
DICHT is te groot.
Verzamelmelding 25:
Omschrijving/oorzaak
Verzamelmelding 13:
Mogelijke oorzaken:
meerdere stuursignalen (bijv. tegelijkertijd
instelopdrachten OPEN en DICHT, of
tegelijkertijd OPEN en bewegen SETPOINT)
een actuele nominale waarde en de positioner
is niet actief
Keuzeschakelaar staat niet in de stand AFSTAND.
Bedrijf via de service-interface (Bluetooth) en
service-software AUMA CDT.
Aandrijving bevindt zich in de bedrijfsmodus
GEBLOKKEERD.
De NOOD UIT schakelaar is ingedrukt. De
stroomvoorziening van de motorbesturing
(beveiligingen of thyristoren) is onderbroken.
Bedrijfsmodus NOOD is actief (signaal NOOD werd
gezonden).
Op de ingang NOOD staat 0 V.
De aandrijving wordt via de I/O interface (parallel)
aangestuurd
De handmatige bediening is geactiveerd.
Een interlock is actief.
De bypass-functie is vergrendeld.
De Partial Valve Stroke Test (PVST) is actief.
De SIL-functie is actief
ACExC 01.2 Intrusive
Oplossing
Stuursignalen van de instelopdrachten controleren.
Bij een draaistroomnet de fasebewaking (parameter
Wijzig fasenvolgorde M0171) inschakelen.
Instelling van de configuratie van het toestel
(parameter Sluitrichting M0176) controleren.
Teneinde de foutmelding te wissen:
besturingseenheid voor de aandrijving van het net
scheiden en opnieuw starten.
Parameters DMF uitschmo. OPEN controleren.
Parameters DMF foutniveau controleren.
Parameters DMF uitschmo. DICHT controleren.
Parameters DMF foutniveau controleren.
Drukknop
Details indrukken om de afzonderlijke
meldingen te zien.
Voor de beschrijving van de afzonderlijke meldingen:
zie de instructies (Bedrijf en instelling).
Oplossing
Instelopdrachten controleren (alle
instelopdrachten resetten/wissen en slechts één
instelopdracht verzenden).
Parameter Adaptieve regelaar op Functie actief
instellen.
Nominale waarde controleren.
Drukknop
Details indrukken om de afzonderlijke
meldingen te zien.
Voor de beschrijving van de afzonderlijke meldingen:
zie de instructies (Bedrijf en instelling).
Keuzeschakelaar in de stand AFSTAND zetten.
Service-software beëindigen.
Instelling en status van de functie <Vrijgave van de
lokale bedieningseenheid> controleren.
NOOD UIT schakelaar ("paddenstoel")
ontgrendelen.
NOOD UIT status door reset-commando
resetten.
Oorzaak voor het NOOD-signaal vaststellen.
Veroorzakende bron controleren.
Op de ingang NOOD +24 V aanleggen.
Ingang I/O interface controleren.
Motorbedrijf starten.
Interlocksignaal controleren.
Statussen van hoofd- en bypass-afsluiter
controleren.
Afwachten totdat de PVST-functie is afgesloten.