SAEx 07.2 – SAEx 16.2 / SAREx 07.2 – SAREx 16.2 meld- en stuureenheid: elektromechanisch
ACExC 01.2 Intrusive
5.5.
Montageposities van de lokale bedieningseenheid
5.5.1.
Montageposities wijzigen
4.
Controleer of de beschermkap [1] voor de beschermbuis voor de spindel
aanwezig, onbeschadigd en stevig op de buis is geplaatst resp. vastgeschroefd.
Beschermbuizen die langer zijn dan 2 m, kunnen doorbuigen of gaan slingeren!
Beschadiging van de spindel en/of de beschermbuis mogelijk.
Beschermbuizen die langer zijn dan 2 m, dienen door een degelijke constructie
te worden ondersteund.
Afbeelding 22: Montageposities
De montagepositie van de lokale bedieningseenheid wordt conform de bestelling
uitgevoerd. Indien na de montage op de afsluiter of de tandwielkast blijkt dat de
lokale bedieningseenheid ongunstig is gepositioneerd, kan deze positie ook op een
later tijdstip worden gewijzigd. Hiervoor zijn vier steeds 90° gedraaide posities mogelijk
(maximaal 180° in een richting).
Ontvlammen van explosiegevaarlijke atmosfeer door vonkvorming
De dood of zwaar lichamelijk letsel kan het gevolg zijn.
Voor het openen van het drukvaste omhulsel controleren of en waarborgen dat
de omgeving gasvrij en spanningsloos is.
Deksel en onderdelen van de behuizing zorgvuldig behandelen.
Vlamspleten mogen niet beschadigd of vervuild zijn.
Deksel tijdens de montage niet scheef plaatsen.
Elektrostatische ontlading ESD (electrostatic discharge)!
Beschadiging van elektronische onderdelen.
Personen en apparatuur aarden.
1.
De bouten verwijderen en de lokale bedieningseenheid losnemen.
2.
Controleren of de O-ring in goede staat is, O-ring correct plaatsen.
3.
De lokale bedieningseenheid in de nieuwe positie draaien en weer plaatsen.
Montage
25