7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
Helderheid van het uitleesvenster
U kunt de helderheid van het bedieningspaneel aanpassen met de optie HELDERHEID
WEERGEVEN.
Ga als volgt te werk om de helderheid van het uitleesvenster in te
stellen
1. Druk op
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
8. Druk op
9. Druk op
10. Druk op
Personality (beschikbaar voor de hp color LaserJet 3700
series printer)
Deze printer schakelt automatisch over naar de juiste personality (printertaal).
●
●
●
Ga als volgt te werk om de personality in te stellen
1. Druk op
2. Druk op
3. Druk op
4. Druk op
5. Druk op
6. Druk op
7. Druk op
NLWW
om POWERSAVE te selecteren.
of
om AAN of UIT te selecteren.
om de waarde in te stellen.
M
.
ENU
M
om naar MENU'S te gaan.
ENU
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om HELDERHEID WEERGEVEN te markeren.
om HELDERHEID WEERGEVEN te selecteren.
of
om de gewenste instelling te selecteren.
om de waarde in te stellen.
M
.
ENU
AUTO stelt de printer in staat om automatisch de aard van de afdruktaak te detecteren
en de personality voor de betreffende taak in te stellen.
PCL stelt de printer in voor gebruik van de printertaal PCL (Printer Control Language).
PS stelt de printer in voor gebruik van de PostScript-emulatiemodus.
M
om naar MENU'S te gaan.
ENU
om Apparaat configureren te markeren.
om Apparaat configureren te selecteren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te markeren.
om SYSTEEM- INSTELLINGEN te selecteren.
om PERSONALITY te markeren.
om PERSONALITY te selecteren.
Configuratie-instellingen van het bedieningspaneel veranderen
43