De instellingen van de hele track wijzigen
(TRACK SETTING)
De instellingen van elke pad kunnen worden geconfigureerd.
Het volume van elke track aanpassen (MIXER)
De volumeniveaus kunnen tegelijkertijd worden aangepast tijdens het kijken naar de volumeniveaus, panningposities en SEND-hoeveelheden van
meerdere tracks.
De geselecteerde track heeft een omlijsting.
Draaien aan de draaiknop verplaats de omlijsting om de geselecteerde track te wijzigen.
De omlijsting beweegt tussen tracks 1 t/m 16 en de geselecteerde track wordt gekoppeld aan de selectie in het HOME-scherm.
De volgende elementen zijn binnen de omlijstingen van tracks 1 t/m 16.
! PAN-positie
! SEND-hoeveelheid
! Niveaumeter
! Volume-faderpositie
! Tracknummer en trackkleur
De volgende elementen zijn binnen de SEND en MASTER tracks.
! Niveaumeter
! Volume-faderpositie
22
Nl
VELOCITY
[VELOCITY] van een pad kan worden ingeschakeld of uitgeschakeld.
Als dit AAN staat, verandert het afspeelvolume van de geluidsbron
afhankelijk van de kracht waarmee de pad wordt aangeraakt.
Als dit UIT staat, wordt de geluidsbron met een vast volume afgespeeld
dat afhankelijk is van [VELOCITY] ingesteld in [AMP ENVELOPE].
De standaardwaarde varieert afhankelijk van het analyseresultaat van
de sample.
Als 1SHOT-geluidsbron: AAN
Als lus-geluidsbron: UIT
CHOKE
Exclusieve controle tussen tracks kan worden ingesteld.
Tracks die zijn ingesteld op dezelfde CHOKE No. kunnen niet tegelijker-
tijd worden afgespeeld.
! "--" (geen), [1], [2], [3], [4], [5], [6], [7] of [8] kan worden geselecteerd.
! De standaard is "--" (geen).
PAD COLOR
De trackkleur kan worden ingesteld op een van 16 kleuren.