Gebruiksaanwijzing
Navigeren
U navigeert door de monitorschermen met behulp van
(actieknop) en
Pijlknoppen gebruiken
Gebruik
•
•
•
•
Actieknop gebruiken
Gebruik
•
•
•
•
•
•
•
Weergaveknop gebruiken
Gebruik
•
•
•
Markeringen gebruiken
Elk scherm bevat één onderdeel dat is gemarkeerd in een blauw veld: de actuele context.
Een aantal schermen bevat ook onderdelen die als parameterwaarden zijn gemarkeerd in
een groen veld.
Blauwe markeringen
Met een blauwe markering wordt de actuele context aangeduid. Voorbeeld:
Afbeelding 27
instelling in het menu Grootte golfvorm.
(weergaveknop).
,
,
en
om de volgende handelingen te verrichten:
Optie op het scherm markeren. (Zie
Opties selecteren in de configuratiemenu's.
Opties in een pop-upmenu selecteren met
Waarden van numerieke parameters wijzigen met
om de volgende handelingen te verrichten:
Configuratiemenu weergeven voor een blauw gemarkeerd item.
Vanuit de configuratiemenu's teruggaan naar het hoofdscherm.
Menu Instellingen openen als Instellingen is gemarkeerd.
Trends in tabelvorm en in grafische vorm weergegeven als Trends is gemarkeerd.
Momentopnamen weergeven als Momentrg is gemarkeerd.
Scherm en/of achtergrondverlichting inschakelen als deze zijn uitgeschakeld door
een time-out.
Pop-upmenu's weergeven.
om de volgende handelingen te verrichten:
Bladeren door de geconfigureerde schermindelingen.
Vanuit de configuratiemenu's teruggaan naar het hoofdscherm.
Pop-upmenu's sluiten.
toont een gemarkeerde rij in een trendweergave en een gemarkeerde
Overzicht van de werking van de monitor
,
,
en
"Markeringen gebruiken"
en
.
en .
31
(pijlknoppen),
op pagina 31.)