Gebruiksaanwijzing
alarmtoon ook tijdens gebruik wijzigen. De configuratie is alleen bepalend voor de
instelling bij inschakeling van de monitor.)
Voorbeeld van ingeschakelde en uitgeschakelde functies:
Standaard is de functie Pacerindicator standaard ingeschakeld ingesteld op Nee,
zodat standaard in een weergegeven ECG-golfvorm geen pacemakerindicators
opgenomen zijn. Als u de standaardwerking van de monitor wilt wijzigen zodat
weergegeven ECG-golfvormen wél pacemakerindicators tonen, wijzigt u in de
aangepaste configuratie de waarde in Ja.
Standaard is de functie Vergrendeling van achtergrondverlichting inschakelen
ingesteld op Ja (ingeschakeld), zodat deze standaard beschikbaar is voor clinici. Als
u niet wilt dat deze functie voor clinici beschikbaar is, wijzigt u in de aangepaste
configuratie de waarde in Nee.
De fabrieksinstellingen worden gehandhaafd totdat u de monitor opnieuw configureert
door van de pc een aangepast configuratiebestand te downloaden of totdat u ze
overschrijft met de huidige instellingen.
Na het opnieuw configureren van de monitor worden de in de nieuwe configuratie
gedefinieerde instellingen de 'standaardwaarden van het systeem' en gelden de
fabrieksinstellingen niet langer.
De nieuwe standaardwaarden van het systeem worden gehandhaafd totdat zich een van
de volgende gebeurtenissen voordoet:
•
•
•
Telkens wanneer de monitor wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld, worden de
huidige instellingen van de monitor weer ingesteld. Hierop bestaat één uitzondering: Als
een clinicus, na aan het bed van de patiënt bepaalde monitorinstellingen te hebben
gewijzigd, de monitor uitschakelt, biedt de monitor de keuze tussen "Verw & uitschak" en
"Opsl & uitschak". Als de clinicus "Opsln & afslten" selecteert, de monitor uitschakelt en
vervolgens weer inschakelt, biedt de monitor de keuze tussen "Nwe pat starten" en
"Doorg met pat". Als de clinicus "Doorg met pat" selecteert, gebruikt de monitor de
instellingen die voor deze patiënt waren opgeslagen voordat het apparaat werd
uitgeschakeld. Als de clinicus "Nwe pat starten" selecteert, worden de
standaardinstellingen van het systeem hersteld.
•
•
AutoPrint
Zie voor informatie over het gebruik van de AutoPrint-functie
op pagina 99.
er wordt een andere configuratie naar de monitor gedownload
u overschrijft ze met de huidige instellingen
u herstelt de fabrieksinstellingen
In de configuratiewerkblad worden de standaardwaarden van de fabriek vet
weergegeven.
Wanneer u in de configuratiefunctie het standaardconfiguratiebestand opent,
worden in de gegevensvelden de standaardwaarden van de fabriek weergegeven.
(Bestandsnaam: PropaqLT_softwareversie.mnt; bijvoorbeeld:
PropaqLT_1_40_00.mnt.)
Let op Wijzig een configuratiebestand alleen met behulp van de
configuratiefunctie van de Propaq LT-monitor.
Pc-hulpprogramma
"Patiëntgegevens afdrukken"
127