Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

CycleOps Joule 3.0 Gebruikershandleiding pagina 81

Inhoudsopgave

Advertenties

Hoofdstuk 14: Definitie van gebruikelijke trainingstermen
Periodisering
1. Een training of raceprogramma in afzonderlijke perioden opdelen, waarin verschillende belangrijke
eigenschappen voor de algemene prestatie van een wielrenner ontwikkeld worden. 2. Het idee dat
trainingsaanpassingen geoptimaliseerd worden door perioden van harde arbeid die de gemiddelde
trainingsbelasting die de atleet gewoon is, overstijgen, gevolgd door perioden van lichte arbeid of
herstel die onder de gemiddelde trainingsbelasting liggen die de atleet gewoon is.
Houdbaar piekvermogen of piekvermogen
1. De hoogste gemiddelde vermogenoutput die gedurende een bepaalde tijd volgehouden kan worden.
2. Voor de meeste personen is een houdbaar piekvermogen of piekvermogenoutput van 4 tot 8
minuten gelijk aan een intensiteit die hun VO2 max doet bereiken, m.a.w. hun maximale capaciteit
om zuurstof te verbruiken. 3. Voor de meeste personen is een houdbare piekvermogenoutput van 20
tot 40 minuten gelijk aan een intensiteit die hun lactaatdrempel doet bereiken, m.a.w. een bloedlac-
taatwaarde van 2 tot 3 mM boven de basiswaarde van hun bloedlactaatgehalte. 4. Voor de meeste
personen is een houdbare piekvermogenoutput van 40 minuten tot 2 uur gelijk aan een intensiteit die
hun lactaatdrempel doet bereiken, m.a.w. een bloedlactaatwaarde van 1 mM boven de basiswaarde van
hun bloedlactaatgehalte. 5. Bij het fietsen is het houdbare piekvermogen gedurende een bepaalde tijd
gelijk aan hun beste prestatie op een gegeven moment. Een jogger kan bijvoorbeeld een persoonlijk
record hebben van 5 minuten voor een afstand van 1 mijl en van 35 minuten voor een afstand van
10 km, terwijl een wielrenner een persoonlijk record of een houdbaar piekvermogen van 400 Watt voor
5 minuten en van 340 Watt voor 35 minuten kan hebben.
Racetempozone
1. Een extreem moeilijke of extreme intensiteitszone. 2. Op een EMI-schaal van 1 tot 10 komt de
intensiteit overeen met een 7 of 8, m.a.w. "erg moeilijk" tot "heel erg moeilijk". 3. Op een EMI-schaal
van 6 tot 20 komt de intensiteit overeen met een 16 tot 18, m.a.w. "erg moeilijk" tot "heel erg moeilijk".
4. Een trainingsintensiteit die hoofdzakelijk afhangt van de aerobische en anaerobische stofwisseling
van koolhydraten. 5. Een extreme trainingsintensiteit die tussen 10 en 30 minuten kan worden
volgehouden.
Pagina gebruikersgids Joule™ 3.0 81

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor CycleOps Joule 3.0

Inhoudsopgave