Instrumenten, bedieningselementen en andere functies
Instrumenten,
bedieningselementen
en andere functies
Contactschakelaar
Als u de contactschakelaar op
laat staan terwijl de motor is uitgeschakeld, zal
de accu leeglopen.
Draai de contactschakelaar niet tijdens het
rijden.
Motorstopschakelaar
Gebruik de motorstopschakelaar uitsluitend in
noodgevallen. Bij gebruik van de schakelaar
tijdens het rijden zal de motor plotseling afslaan
waardoor het rijden onveilig wordt.
Als u de motor uitzet met behulp van de
motorstopschakelaar, moet u de
contactschakelaar op
(Off) zetten. Als u dit
nalaat, loopt de accu leeg.
Kilometerteller
Het display blokkeert op 999,999 wanneer de
aflezing hoger is dan 999,999.
232
Ritteller
De rittellers springen weer op 0,0 wanneer ze
hoger worden dan 9.999,9.
Instructieboekje
(On) of ACC
Het instructieboekje, de handleiding van het
navigatiesysteem, het registratiebewijs en het
verzekeringsbewijs kunnen worden bewaard in
de linker zijkoffer.
Ontstekingsblokkeringssysteem
Een hellingshoeksensor schakelt de motor en de
brandstofpomp automatisch uit als het voertuig
omvalt. Om de sensor te resetten moet u de
contactschakelaar in de stand
vervolgens weer in de stand (On), om de motor
opnieuw te kunnen starten.
Elektronische gasklepbediening
Dit model is uitgerust met een elektronische
gasklepbediening.
Plaats geen gemagnetiseerde objecten of
objecten die gevoelig zijn voor magnetische
interferentie bij de rechter stuurschakelaars.
Automatische helderheidsregeling
De helderheid van de achtergrondverlichting van
de meter wordt automatisch geregeld als
"AUTO" is geselecteerd bij de
helderheidsinstelling.
Helderheid van de omgeving wordt
gedetecteerd door de fotocel.
Beschadig of bedek de fotocel niet. Anders
werkt de automatische helderheidsregeling
mogelijk niet goed.
Fotocel
(Off) zetten en