De machine mag niet rechtstreeks op plaatsen gebruikt worden die bestemd zijn voor het wegverkeer; als er op plaatsen wordt
gewerkt die opengesteld zijn voor het publiek moet het werkgebied van de machine altijd naar behoren afgebakend worden met
de nodige signaleringsmiddelen.
De machine mag niet gebruikt worden om wagens of andere voertuigen te slepen.
Elk ander gebruik van de machine dan waarvoor de machine bestemd is moet schriftelijk goedgekeurd worden door diens
fabrikant op uitdrukkelijk verzoek van de gebruiker.
De machine mag niet voor andere doeleinden gebruikt worden dan waarvoor de machine gemaakt is
tenzij men bij de fabrikant toestemming daarvoor gevraagd heeft en schriftelijk toestemming van de
fabrikant gekregen heeft om dit te doen.
1.3.1. Uitstappen op hoogte
Bi het ontwerpen van de hoogwerkers is geen rekening gehouden met de risico's die voortvloeien uit "uitstappen op hoogte"
aangezien de enige toegangspositie die in aanmerking genomen is de positie is waarin de hoogwerker volledig omlaag gezet is.
Daarom is deze handeling formeel verboden.
Er zijn echter bijzondere omstandigheden waarin de medewerker het werkplatform buiten de toegangspositie moet betreden of
verlaten. Deze actie wordt over het algemeen aangemerkt met "uitstappen op hoogte".
De risico's die met "uitstappen op hoogte" zijn verbonden hangen niet uitsluitend af van de kenmerken van de hoogwerker; op
basis van een speciale risicoanalyse, die door de werkgever wordt gemaakt, kan er toestemming gegeven worden voor dit
specifieke gebruik, waarbij er rekening gehouden moet worden met onder andere:
De kenmerken van de werkomgeving.
▪
▪
Absoluut verbod om het werkplatform als verankeringspunt te gebruiken voor personen die erbuiten werken.
Gebruik van de machine op xx% van de prestaties om te voorkomen dat door extra krachten die ontstaan door de
▪
specifieke handeling of het doorbuigen van de constructie het toegangspunt ten opzichte van het uitstappunt
verwijderd wordt; Met het oog daarop dienen van tevoren enkele tests gedaan te worden om deze beperkingen vast te
stellen.
▪
Er dient gezorgd te worden voor een speciale evacuatieprocedure in geval van nood (bijvoorbeeld een medewerker
altijd op het werkplatform en een andere medewerker bij de bedieningspost op de grond terwijl een derde medewerker
het omhoog staande werkplatform verlaat).
Er dient gezorgd te worden voor een speciale opleiding van het betrokken personeel zowel als bediener als personeel
▪
dat vervoerd wordt.
▪
Het uitstappunt dient voorzien te worden van alle nodige middelen om valgevaar van het personeel dat het
werkplatform verlaat of betreedt te voorkomen.
Het bovenstaande vormt geen formele toestemming van de fabrikant voor "uitstappen op hoogte" maar is bedoeld om de
werkgever - die de volledige verantwoordelijkheid hiervoor op zich neemt - nuttige informatie aan te reiken om deze
uitzonderlijke actie te plannen.
1.4. Beschrijving van de machine
De machine die in deze gebruiks- en onderhoudshandleiding beschreven wordt is een zelfrijdende hoogwerker die uit het
volgende bestaat:
Motorisch aangedreven onderwagen voorzien van wielen.
▪
Een hydraulisch draaibare bovenbouw.
▪
▪
Een scharnierende arm die in werking gesteld wordt door hydraulische cilinders (het aantal scharnierende delen en
cilinders is afhankelijk van het model machine).
▪
Een platform waarop de medewerkers plaats kunnen nemen (het max. draagvermogen is bij elk model verschillend –
zie het hoofdstuk "Technische gegevens").
De wagen, die uitgerust is met een motor om de machine te kunnen verplaatsen ook als het platform omhoog staat (zie "Wijze
van gebruik"), en is voorzien van twee aangedreven achterwielen en twee sturende vrijloopvoorwielen. De achterwielen zijn
uitgerust met een parkeerrem met een positieve logica (zodra de rijbedieningselementen losgelaten worden schakelen de
remmen automatisch in). Op de wagen bevinden zich twee kantelbeveiligingssleden (pot-hole) die automatisch worden
geactiveerd (afhankelijk van de stand van de draaibare bovenbouw) wanneer het platform omhoog wordt gebracht met
besturingskast op het platform.
De bovenbouw steunt op een draaikrans die aan de onderwagen bevestigd is en die door middel van een onomkeerbare
wormschroef niet-continu 370° om de centrale as van de machine gedraaid kan worden.
Gebruiks- en onderhoudshandleiding - Serie A12 JE A15 JE A17 JE A12 JED
A15 JED
Blz. 8