Dagelijks
1
Hydraulisch oliepeil controleren.
2
Motoroliepeil controleren.
3
Koelvloeistofpeil controleren (display instrumentenpaneel)
4
Brandstofpeil controleren (brandstofmeter op instrumentenpaneel).
5
Vloeistofpeil in het ruitensproeierreservoir controleren.
6
Visuele controle (algemeen) bijv. op materiaalscheuren, externe schade, volledigheid enz. uitvoeren.
7
Watervoorafscheider, water aftappen
8
Controle op lekkage van leidingen, slangen, regeleenheid, hydraulische pompen, cilinders enz.
uitvoeren.
Opmerking
Bij het aanhalen van slang- of leidingaansluitingen moeten de inschroefkoppelingen tegen
verdraaien geborgd worden.
9
Elektrische controle- en waarschuwingselementen en de verlichting controleren.
10
Controleren of bedieningselementen goed functioneren.
Tab. 26 Dagelijks uit te voeren werkzaamheden
Wekelijks
11
Brandstoffilter, water aftappen.
12
Koelribben van de combikoeler controleren.
Machineschade
door sterke stofontwikkeling.
• Combikoeler met de hand reinigen.
13
Deurvastzetter op foutloze werking controleren.
14
Bandenspanning en goede bevestiging van de wielmoeren controleren.
15
Bevestiging van de assen en van de cardanas controleren.
16
Lagerbussen en pennen van de werkuitrusting controleren.
17
Pennen, bussen en koppelstangen van de knikbesturing controleren.
18
Foutloze werking van de gasveren van de motorkap controleren.
19
Werking van de remmen controleren.
20
Stoffilter voor cabineventilatie controleren op vervuiling en indien nodig reinigen.
Machineschade
door sterke stofontwikkeling.
• Verkort de controle- en reinigingsintervallen.
21
Veiligheidsvoorzieningen op toestand, werking en volledigheid controleren.
22
De machine volgens het smeerpuntenoverzicht doorsmeren.
Tab. 27 Wekelijks uit te voeren werkzaamheden
TL160
Kap07_Reiniging en verzorging_nl.fm 9.11.09 Ver. 1.0
Reiniging en verzorging
Hoofdstuk
7.8.10, 99
7.8.2, 82
7.8.4, 84
7.8.5.1, 87
7.8.20, 109
7.8.5.2, 87
Hoofdstuk
7.8.5.3, 88
7.8.4.4, 86
7.8.15, 106
7.8.19, 109
7.7.3, 78
77/126