Inhoudsopgave
Advertenties
7.2.15 Acculader: signalering van storingen
De automatische acculader (A) bevindt zich op de wagen
naast de accu (B) die met een kap beschermd is.
Op de acculader is een meter met LEDs (C) voorhanden
die aanwijzingen geeft over de werking van de accu.
Tijdens de normale werking van de acculader brandt de
led constant en kan de volgende kleuren hebben:
-
ROOD: begin van de laadfase;
-
GEEL: de laadtoestand van de accu heeft het niveau
van 80% bereikt;
-
GROEN: de laadtoestand van de accu heeft het
niveau van 100% bereikt.
Om bij de acculader en de werkingsmeter te komen moet
de kap verwijderd worden.
De knipperende LED op de meter van de acculader die in de vorige paragraaf beschreven is geeft aan of er zich een
alarmtoestand voorgedaan heeft:
Signalering
GROEN knippert
ROOD-GEEL knippert
ROOD-GROEN knippert
ROOD-GEEL-GROEN
knippert
OPGELET!
In geval van een alarmtoestand houdt de acculader op met het leveren van stroom.
7.2.16 Vervanging van de accu
Oude accu's mogen uitsluitend door modellen vervangen worden die dezelfde spanning, capaciteit,
afmetingen en massa hebben.
De accu's moeten goedgekeurd zijn door de constructeur.
GEZIEN HET BELANG VAN DEZE HANDELING ADVISEREN WIJ DIT ALLEEN DOOR TECHNISCHE VAKMENSEN
TE LATEN DOEN.
Gebruiks- en onderhoudshandleiding
Type alarm
Time-out
Accustroom
Accuspanning
Thermische beveiliging
BEL DE TECHNISCHE SERVICEDIENST.
B
Beschrijving van het probleem en oplossing
Fase 1 met een langere duur dan maximaal toegestaan is
(controleer de capaciteit van de accu).
Verlies van de controle van de uitgangsstroom (storing aan
de besturingslogica).
Accu is niet conform (controleer de nominale spanning) of
verlies van de controle van de uitgangsstroom (accu niet
aangesloten of defect aan de besturingslogica).
Temperatuur van de halfgeleiders te hoog (controleer de
werking van de ventilator).
Zelfrijdende hoogwerkers
A
Afb.29
Bladzijde 55
C
Advertenties
Inhoudsopgave
