3.3. Veiligheidsvoorschriften
3.3.1. Algemene voorschriften
De machine mag alleen gebruikt worden door volwassen en geïnstrueerde personen, die deze
handleiding goed gelezen hebben.
Alleen personeel dat naar behoren opgeleid is mag de machine gebruiken. Degene die
verantwoordelijk is voor de opleiding van de bediener is de werkgever.
De machine moet op een afstand van minimaal 5 meter van hoogspanningsleidingen (of in ieder
geval niet in de buurt van elementen die onder spanning staan) gebruikt worden.
Bij het gebruik van de machine dient men zich te houden aan de waarden ten aanzien van het
draagvermogen die in de paragraaf met betrekking tot de technische gegevens staan vermeld. Op
de typeplaat staat het maximum aantal personen dat op het platform toegelaten is en het
betreffende draagvermogen.
Het is streng verboden om personen, gereedschap en materiaal dat bewerkt wordt op het platform
te laden als het platform niet in de opstapstand staat.
Het platform zelf of onderdelen daarvan mag tijdens het verrichten van laswerkzaamheden op het
platform NIET als aarding gebruikt worden.
Het valt onder de verantwoordelijkheid van de eigenaar van de machine en/of degene die
verantwoordelijk is voor de veiligheid om te controleren of de bedieners een gedegen instructie
voor het gebruik van de machine gekregen hebben.
Het valt onder de verantwoordelijkheid van de eigenaar van de machine en/of degene die
verantwoordelijk is voor de veiligheid om te controleren of de onderhouds- en/of
reparatiewerkzaamheden door geschoold personeel uitgevoerd worden.
3.3.2. Hantering
Telkens voordat de machine verplaatst wordt moet altijd nagegaan worden of eventuele
verbindingsstekkers uit het voedingspunt gehaald zijn. Als de machine gevoed wordt met een
elektrische driefasige pomp van 220V moet tijdens het verplaatsen altijd de positie van de kabel in de
gaten gehouden worden.
De machine mag niet op rulle terreinen of terreinen die niet stevig zijn gebruikt worden om te voorkomen
dat de machine zijn stabiliteit verliest. Alvorens het platform op te heffen moet het niveau van het
platform door middel van de luchtbelwaterpas op de arm gecontroleerd worden. Om te voorkomen dat
de machine omkiept moet het maximum toegestane hellingspercentage aangehouden worden dat in het
hoofdstuk met betrekking tot de technische gegevens, onder het kopje "stabiliteitsgrenzen", staat
vermeld. In ieder geval is tijdens het verplaatsen van de machine op hellende terreinen de grootst
mogelijke voorzichtigheid geboden.
De machine mag niet op rulle terreinen of terreinen die niet stevig zijn gebruikt worden om te voorkomen
dat de machine zijn stabiliteit verliest. Alvorens het platform op te heffen moet het niveau van het
platform door middel van de luchtbelwaterpas op de bovenbouw gecontroleerd worden.
Het uitvoeren van de verplaatsings- en stabilisatiemanoeuvres door de medewerker vanuit de gondel is
niet toegestaan. Om deze manoeuvres uit te voeren moet de medewerker op de grond gaan staan en de
machine vanaf een veiligheidsafstand begeleiden.
De machine mag niet rechtstreeks voor het vervoer op de weg gebruikt worden. De machine mag ook
niet voor het vervoer van goederen gebruikt worden (zie paragraaf 1.2 onder het kopje
"Gebruiksbestemming").
Het werkgebied moet gecontroleerd worden om vast te stellen dat er geen obstakels of andere gevaren
zijn.
Tijdens het heffen moet bijzonder goed op het gedeelte boven de machine gelet worden om te vermijden
dat er iets platgedrukt wordt of dat er ergens tegenaan gebotst wordt.
Gebruiks- en onderhoudshandleiding
Zelfrijdende hoogwerkers
Bladzijde 12