[Densiteit (fijnaanpassing)]
[Hoog]/[Medium]/[Laag]
17 niveaus
[Tonerbesparing]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Geef op of tonerbesparing wordt nagestreefd tijdens het afdrukken.
Geef in deze opstelling [Aan] op als u uitsluitend de indeling of andere afwerking wilt controleren voordat het
feitelijke afdrukken begint, bijvoorbeeld vóór een erg grote opdracht.
[Uit]
[Aan]
[Beeldverfijning]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Geef op of een vloeibewerking wordt gebruikt die vloeiender afdrukcontouren voor tekst en illustraties geeft.
[Uit]
[Aan]
[Modus Uitvoeraanpassing]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Geef bij het afdrukken de resolutie op. Om met een hogere resolutie af te drukken, geeft u [Aan] op.
* Door het selecteren van [Aan] neemt de afdruksnelheid af.
[Uit]
[Aan]
[Lay-out]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Geef de richting of marge van de rug op, en de afdrukpositie.
[Inbindlocatie]
[Menu]
[Functie-instellingen]
Als het afgedrukte document wordt samengevoegd (bijvoorbeeld door middel van nieten), geef dan op of de
rug aan de lange of aan de korte kant moet liggen.
Gebruik deze instelling in combinatie met de instelling [Rugmarge] om zo de bindpositie en -marges in te
stellen.
[Rugmarge](P. 433)
●
Voor binden aan de lange kant geeft u in deze opstelling [Lange zijde] op.
●
Voor binden aan de korte kant geeft u in deze opstelling [Korte zijde] op.
Onderdelen van het Menu Instellingen
[Printer]
[Printerinstellingen]
[Printer]
[Printerinstellingen]
[Printer]
[Printerinstellingen]
[Printer]
[Printerinstellingen]
[Printer]
[Printerinstellingen]
432
[Afdrukkwaliteit]
[Afdrukkwaliteit]
[Afdrukkwaliteit]
[Lay-out]