Parameter
Groep, hoek stookln
CP230
Groep,STLvoetpnt dag
CP210
Groep,STLvoetpnt nch
CP220
Taanv setp max groep
CP000
7.3.2
Koelfunctie configureren
Toegangspad
>
Installateur > Systeeminstallatie > Warmtepomp > Koeling
Parameter
Koelen
AP028
Toegangspad
>
Installateur > Systeeminstallatie > Zone1 of Zone2 > Algemeen
7790532 - v05 - 03012022
Beschrijving
Waarde van de helling van de verwarmingscurve
Curve basistemperatuur in comfortmodus
Als de curve van de basispunttemperatuur is in
gesteld op 15 °C, dan wordt deze gelijk aan de
Gewenste ruimtetemperatuur van de
groepCM190
Curve basistemperatuur in gereduceerde modus
Als de curve van de basistemperatuur in de com
fortmodus is ingesteld op 15 °C, dan wordt deze
gelijk aan de vereiste kamersetpunttemperatuur
voor het circuit CM190CM190
Instelpunt maximale aanvoertemperatuur groep
Instelbaar van 7 °C tot 75 °C
Beschrijving
Configuratie van de koelmodus
2. Stel de volgende parameters in.
Aanpassing vereist
Standaardwaarde: 15 °C = CM190
Standaardwaarde: 15 °C = CM190
75°C
Koeling van uw verwarmingszone is alleen mogelijk als de parameter
Groepfunctie is ingesteld op Menggroep of Ventilatorconvector.
Belangrijk
Koelen is alleen mogelijk als de warmtepomp in de zomermodus
is, de standaardmodus als de buitentemperatuur 22 °C
overschrijdt; de waarde kan via AP073 ingesteld worden. De
verwarming moet ook geactiveerd zijn: controleer of de parameter
CV-functie aan/uit AP016 is ingesteld op ON.
1. Volg het hieronder beschreven toegangspad om de functie Koeling
toe te staan.
2. Om koeling van de warmtezone mogelijk te maken, configureer de
parameter Koelen (AP028):
Aanpassing vereist
Actieve koeling
3. Volg het hieronder beschreven toegangspad om de temperaturen aan
te passen.
Vloerverwarmingscircuit: helling tussen 0,4 en
0,7
Radiatorcircuit: helling van ongeveer 1,5
7 Instellingen
63