Code
Melding
H02.02
Wacht op config.nr.
H02.03
Conf.fout
H02.04
Parameterfout
H02.05
CSU & CU kmn nt ovrn
H02.07
Fout waterdr
H02.09
Deelblokk.
H02.10
Volledige blokk.
H02.23
Systeemdebiet fout
H02.25
ACI-fout
7790532 - v05 - 03012022
Beschrijving
Wacht op configuratienummer
Wacht op invoer van configuratieparameters:
Configureer CN1 / CN2 afhankelijk van het vermogen van de geïnstalleerde buiten
unit (CNF menu).
Centrale besturingsprinteenheid vervangen: warmtepomp niet geconfigureerd.
Configuratiefout
De ingevoerde configuratieparameters zijn verkeerd:
Configureer CN1 / CN2 afhankelijk van het vermogen van de geïnstalleerde buiten
unit (CNF menu).
Parameterfout
Herstel de fabrieksinstellingen.
Als de fout nog steeds aanwezig is: vervang de printplaat van de centrale unit.
CSU komt niet overeen met CU-type
Andere software (software-nummer of parameterversie niet in overeenstemming met
het geheugen).
Fout waterdruk actief
Controleer de hydraulische druk in het verwarmingscircuit.
Controleer de bedrading tussen de CPU-kaart en de druksensor.
Controleer de aansluiting van de druksensor.
Deelblokkering van het apparaat gedetecteerd
BL ingang op de klem van de besturingsprint van de centrale unit open:
Controleer het contact op de BL ingang.
Controleer de bedrading.
Controleer parameters AP001 en AP100.
Volledige blokkering van het apparaat gedetecteerd
BL ingang op de klem van de besturingsprint van de centrale unit open:
Controleer het contact op de BL ingang.
Controleer de bedrading.
Controleer parameters AP001 en AP100.
Waterdoorstromingsfout van het systeem actief
Verstopt verwarmingscircuit:
Zorg ervoor dat de thermostaatkranen of aanvoerkleppen geheel geopend zijn.
Controleer of de filters niet verstopt zijn en reinig ze indien nodig.
Reinig en spoel de installatie door.
Geen doorstroming:
Controleer of de afsluiters en de thermostatische radiatorkranen open staan.
Controleer of de filters niet verstopt zijn en reinig ze indien nodig.
Controleer of de circulatiepomp werkt.
Reinig en spoel de installatie indien nodig door.
Controleer de conditie van de bedrading en dat de elektrische aansluitingen goed op
hun plaats zitten.
Controleer de pompaanvoer: vervang de pomp als deze niet werkt.
Te veel lucht: ontlucht de binnenunit en de installatie volledig voor een optimale werk
ing.
Verkeerde bedrading: controleer de elektrische aansluitingen.
Debietmeter:
Controleer de elektrische aansluitingen en de richting van de debietmeter (pijl naar
rechts).
Vervang zo nodig de debietmeter.
De Titan Active System maakt kortsluiting of los contact
Controleer de verbindingskabel.
Controleer of de anode niet intern is kortgesloten en niet is gebroken.
11 Bij storing
117