Wielen en banden
Algemene informatie
Rijeigenschappen en banden
De banden zijn van grote invloed op de rijei-
genschappen van de auto. Zowel het type, de
maat, de bandenspanning als de
snelheidsaanduiding zijn belangrijk voor het
rijgedrag van de auto.
Let er bij het verwisselen van banden op dat
de nieuwe banden op alle vier de wielen van
hetzelfde type zijn, dezelfde afmeting hebben
en van hetzelfde merk zijn. Houd de aanbe-
volen bandenspanning aan die op de
bandenspanningsticker staat (zie pagina 142
voor de plaatsing).
Maataanduiding
Op alle autobanden staat een bepaalde
maataanduiding. Een voorbeeld van een
dergelijke aanduiding is
205/55R16 91 W.
205
breedte van de band (mm)
55
verhouding tussen de hoogte en
breedte van de band (%)
R
aanduiding voor radiaalbanden
16
velgdiameter van de band (")
91
aanduiding van het draagvermogen
van de band (in dit geval 615 kg)
W
aanduiding van de snelheidslimiet
van de band (in dit geval 270 km/h)
138
Snelheidsaanduidingen
Uw auto is voorzien van een typegoedkeuring
voor de uitvoering waarin deze werd aange-
leverd. Dat betekent dat u niet mag afwijken
van de afmetingen en snelheidsaanduidingen
die staan aangegeven op de typegoed-
keuring van de auto. De enige uitzondering
daarop vormt het gebruik van winterbanden
(zowel spijkerbanden als banden zonder
spijkers). Bij gebruik van dergelijke banden
mag u niet sneller rijden dan de maximum-
snelheid die voor het gebruikte bandentype
geldt (voor aanduiding Q geldt bijvoorbeeld
een maximumsnelheid van 160 km/h).
Let erop dat de gesteldheid van het wegdek
bepalend is voor uw maximumsnelheid en
niet de snelheidsaanduiding van de banden.
Let erop dat de aangegeven snelheid de
maximumsnelheid is.
Q
160 km/h (enkel voor
winterbanden)
T
190 km/h
H
210 km/h
V
240 km/h
W
270 km/h
Y
300 km/h
Nieuwe banden
Banden hebben een
beperkte houdbaarheids-
datum. Na enkele jaren
worden de banden hard en
neemt de grip op het
wegdek stukje bij beetje af.
Gebruik bij het verwisselen van banden altijd
zo nieuw mogelijke banden. Dit geldt in het
bijzonder voor winterbanden. De week en het
jaar van productie worden aangeduid met de
DOT-code (Department of Transportation)
bestaande uit vier cijfers, bijvoorbeeld 1502.
De band op de afbeelding is in de 15e week
van het jaar 2002 geproduceerd.
Leeftijd van de banden
Alle banden die ouder zijn dan zes jaar moet
u door een vakman laten controleren, ook al
zien ze er intact uit. Dit omdat het materiaal
waarvan banden gemaakt zijn ook veroudert
en afgebroken wordt, als banden zelden of
nooit worden gebruikt. Daarbij kan de
werking van de band worden aangetast, in
welk geval u de band niet meer dient te
gebruiken.
Dit geldt ook voor reservebanden, winter-
banden en banden die u voor toekomstig
gebruik hebt opgeslagen.