Remsysteem
Rembekrachtiging
Als de auto rolt of wordt gesleept met een
uitgeschakelde motor, moet u
ongeveer vijfmaal zoveel druk uitoefenen op
het rempedaal als wanneer de motor loopt.
Als u bij het starten van de motor op het
rempedaal trapt, kan het rempedaal iets
omlaagkomen. Dit is volkomen normaal
omdat de rembekrachtiging geactiveerd
wordt. Bij een auto met EBA (Emergency
Brake Assistance) kan dit nog duidelijker te
merken zijn.
N.B. Als geremd moet worden met een uitge-
schakelde motor, trap dan eenmaal hard en
resoluut op het rempedaal – dus niet
pompen.
WAARSCHUWING!
De rembekrachtiging werkt alleen, als de
motor loopt.
Remkringen
Het nevenstaande symbool licht op,
wanneer er een remkring defect is.
Als er een storing in een van de
remkringen optreedt, is remmen nog steeds
mogelijk. U moet het rempedaal echter verder
intrappen en het pedaal kan minder stug
aanvoelen. U moet harder op het pedaal
trappen om de normale remkracht te
verkrijgen.
Vocht kan de remeigenschappen
beïnvloeden
Door opspattend water (bij hevige regenval,
in waterplassen of tijdens een wasbeurt)
worden de onderdelen van het remsysteem
nat. Daardoor kunnen de wrijvingseigen-
schappen van de remblokken gewijzigd
worden, zodat u een bepaalde verlenging van
de aanspreekduur van de remmen kunt
merken.
Trap zo nu en dan lichtjes op het rempedaal,
als u lange afstanden in de regen of sneeuw-
modder aflegt. Doe dit ook bij zeer vochtig of
koud weer. Op die manier verwarmt u de
remblokken waardoor het vocht verdampt.
Deze procedure is ook aan te raden voordat
u de auto voor langere tijd in dergelijke
weersomstandigheden parkeert.
Als de remmen zwaar belast
worden
De remmen van de auto worden zwaar belast,
wanneer u in de bergen of op wegen met
vergelijkbare niveauverschillen rijdt; zelfs als
u niet bijzonder hard op het rempedaal trapt.
Omdat de snelheid in dergelijke omstandig-
heden vaak laag is, worden de remmen niet
Starten en rijden
even goed gekoeld als bij snelle ritten op
vlakke wegen.
Om de remmen niet overmatig te belasten,
kunt u tijdens het afdalen beter terugscha-
kelen dan het rempedaal gebruiken. Gebruik
dezelfde versnelling die u zou gebruiken
wanneer u een helling oprijdt. Op die manier
kunt u beter op de motor afremmen en hoeft
u de rem slechts korte tijd te gebruiken.
Let erop dat u de remmen nog meer belast,
wanneer u met een aanhanger rijdt.
Antiblokkeerremsysteem (ABS)
Het ABS (Anti-lock Braking System)
voorkomt dat de wielen tijdens het
remmen geblokkeerd raken.
Zo blijft de auto bestuurbaar,
waardoor het bijv. makkelijker is om obstakels
te ontwijken.
Wanneer u na het starten van de motor
wegrijdt en een snelheid van ca. 20 km/h
hebt bereikt, gaat er een korte zelftest van het
ABS van start. Dit kunt u zowel horen als
voelen aan de pulsaties in het rempedaal.
Om het ABS maximaal te benutten:
• Trap zo hard mogelijk op het rempedaal
(er zijn pulsaties voelbaar).
• Stuur de auto in de rijrichting en blijf druk
op het rempedaal uitoefenen.
117