7 Hygiënische zuivering
7. Voer een functiecontrole uit
7.3.1 Luchtfilter (grijs filter) reinigen
1. Haal het luchtfilter uit het apparaat.
2. Reinig het luchtfilter onder stromend water.
3. Laat het luchtfilter drogen.
4. Plaats het luchtfilter terug in de houder.
7.3.2 Optioneel pollenfilter (wit filter) vervangen
1. Haal het luchtfilter uit het apparaat.
2. Verwijder het pollenfilter en gooi het weg.
3. Plaats een nieuw pollenfilter in de houder.
(zie "8 Functiecontrole",
pagina 47).
|
NL
45