Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Alternatieve Voertuigidentificatie; Systeem En Testselectie - Snap-On APOLLO-D9 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Scanner
Instant ID
Instant ID communiceert automatisch met het voertuig om het proces van de
voertuigidentificatie te starten.
Operationele vereisten:
Voertuigvereisten:
Het voertuig moet Modus $09 VIN ondersteunen.
- Opmerking: Modus $09 VIN is verplicht op voertuigen vanaf
bouwjaar 2008.
Het voertuig moet zijn uitgerust met het Hi Speed CAN of J1850
communicatieprotocol.
Voor het verbinden van de gegevenskabel:
1. Schakel het contact van het voertuig in.
2. Sluit de gegevenskabel aan op het instrument en vervolgens op het voertuig.
Er klinkt een hoorbare pieptoon ongeveer 6 seconden na het opstarten,
wanneer de VIN wordt gelezen.
3. De bevestiging van de voertuigidentificatie wordt weergegeven, selecteer OK
om door te gaan.
OPMERKING
Wanneer u de functie Scanner verlaat tijdens de sessie waarin Instant ID werd
gebruikt, zal het voertuig niet automatisch opnieuw worden geïdentificeerd
wanneer u de functie Scanner opnieuw selecteert. U kunt wel het pictogram
van de automatische identificatie selecteren om de identificatie te herstarten.
Als alternatieve methode kunt u het voertuig selecteren in Eerdere
voertuigen en gegevens > Voertuiggeschiedenis.

Alternatieve voertuigidentificatie

Als u een voertuig hebt dat niet in de scannerlijst staat, kunt u proberen de
communicatie tot stand te brengen met behulp van de functie OBDII/EOBD,
zie
op pagina 47. De communicatie is beperkt tot de OBD-II- of
OBD-II/EOBD
EOBD-basisdiagnosefuncties.

4.3.3 Systeem en testselectie

Navigatie
Beginscherm:
[Typical] Scanner
Nadat het voertuig is geïdentificeerd, verschijnt een menu met beschikbare
systemen en/of testopties
(Afbeelding
Gebruik het pictogram van de Menuweergave
schakelen tussen een gecategoriseerde en niet-gecategoriseerde
lijstweergave.
Selecteer een systeem/testoptie zoals van toepassing.
OPMERKING
Alleen de systemen/testopties die voor het voertuig worden ondersteund,
worden weergegeven.
Zodra een systeem/testoptie is geselecteerd, worden de beschikbare opties voor
dat systeem weergegeven in het Systeemhoofdmenu
20
Basisbewerkingen
(Voertuigidentificatie) > (Voertuigsysteemmenu)
4-4).
(Afbeelding
Afbeelding 4-4
(Afbeelding
4-5).
4-4) om te

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave