Scanner
4.3.2 Voertuigidentificatie
OPMERKING
Menu's, opties en procedures variëren per voertuig. Niet alle voertuigen
ondersteunen Automatische identificatie en/of Instant identificatie.
Afhankelijk van het voertuig kan het voertuigidentificatieproces handmatige invoer
van de voertuiginformatie vereisen of deze informatie automatisch invullen. De
volgende functies zijn beschikbaar voor het identificeren van het voertuig:
Instant identificatie - Zie
Instant ID
Handmatige identificatie - Alle vereiste criteria voor voertuigidentificatie kunnen
handmatig worden ingevoerd, zie
Automatische identificatie - Het identificatieproces wordt automatisch voltooid
nadat het voertuigmerk en het jaar handmatig zijn ingevoerd, zie
identificatie
op pagina 19.
OBDII/EOBD ID - Zie
Alternatieve voertuigidentificatie
informatie.
Handmatige identificatie
1. Schakel de contactschakelaar van het voertuig in.
2. Sluit de gegevenskabel aan op het instrument en het voertuig. Zie
verbindingen
op pagina 14.
3. Schakel indien nodig het diagnose-instrument in (het instrument moet
automatisch worden ingeschakeld wanneer dit wordt verbonden met het
voertuig).
4. Selecteer Scanner in het beginscherm.
5. Volg de scherminstructies om het merk en het jaar van het voertuig in te
voeren.
6. Selecteer desgevraagd Automatische identificatie of Handmatige
identificatie.
Wanneer u Automatische identificatie of het pictogram van
Automatische identificatie selecteert, wordt het automatische proces
van voertuigidentificatie gestart.
Wanneer u Handmatige identificatie selecteert, kunt u doorgaan met de
handmatige identificatie van het voertuig.
op pagina 20 voor meer informatie.
Handmatige identificatie
op pagina 19.
Handmatige
op pagina 20 voor meer
7. Volg de scherminstructies om het proces van de voertuigidentificatie te
voltooien.
8. Het scherm van de bevestiging van de voertuigidentificatie wordt
weergegeven
OPMERKING
Gegevenskabellocatie en verbindingsinformatie worden mogelijk
meegeleverd.
Datakabel/
19
(Afbeelding
4-3), selecteer OK om door te gaan.
Afbeelding 4-3
Basisbewerkingen