17.2.2 Het bekende gewicht van het referentiestuks numeriek invoeren
Toepassing kiezen<AANTAL STUKS BEPALEN>, zie hoofdstuk 16.1. In de
informatieregel wordt het laatst gebruikte gewicht van de referentiestuk. Bij
eerste ingebruikname met de waarde 0,0000 g.
De functietoets drukken waaraan de functie <REFERENTIEGEWICHT
INVOEREN>
Met de navigatietoetsen het bekende aantal referentiestuk invoeren, de
actieve positie blinkt.
De ingevoerde waarde met de toets PRINT bevestigen.
Het opgeslagen gewicht van het referentiestuk wordt door de weegschaal
bepaald en verschijnt in het informatieveld. Indien nodig tarreren, het gewogen
materiaal opleggen en het aantal stuk aflezen.
• Het gewicht van het referentiestuk wordt zo lang opgeslagen tot een
nieuwe referentiewaarde wordt bepaald.
• Terug naar de weegmodus, zie hoofdstuk 17.2.1.
97
wordt
toegeschreven
(voorbeeldaanduiding
AEJ-C/AES-C/PLJ-C-BA-nl-1730
F2).