9.1.3 Wegen met tarra
Tarreren
Het eigen gewicht van de container gebruikt voor de weging kan worden getarreerd
door de toets te drukken, waardoor bij volgende weegprocessen het nettogewicht
van het gewogen materiaal verschijnt.
• De weegschaalcontainer op het weegschaalplateau plaatsen en indien nodig
de deur van het windscherm sluiten.
• Afwachten totdat de stabilisatieaanduiding (
toets
aanduiding (Net). Het containergewicht wordt in het weegschaalgeheugen
opgeslagen.
• Het gewogen materiaal wegen.
• Afwachten totdat de stabilisatieaanduiding (
• Het netto gewicht aflezen.
• Na de ontlasting van de weegschaal wordt de opgeslagen tarrawaarde
met negatieve waardeteken afgelezen.
• Het tarreren van negatieve waarden is niet toegestaan. Bij een poging
van tarreren van negatieve waarden verschijnt de foutmelding "Err3".
• Het tarreerproces kan willekeurig aantal keren worden herhaald. De
grens wordt bereikt op het moment dat het hele weegbereik wordt
gebruikt.
•
De tarra kan aan een product in de gegevensbank worden
toegeschreven. Nadat het product wordt gekozen, wordt de tarra
automatisch geladen, zie hoofdstuk 15.2.1.
Functie "Autotarra"
Bij de actieve functie autotarra <P2.2.2 AUTOTARRA JA> wordt als de tarrawaarde
altijd de eerste opgelegde gewichtswaarde opgeslagen, zie hoofdstuk 9.3.6.
35
drukken. Vervolgens verschijnen: de nulaanduiding en de
) verschijnt, vervolgens de
) verschijnt.
AEJ-C/AES-C/PLJ-C-BA-nl-1730