BASISPROCEDURES
Ophanging afstellen
Ophangingsarmen voor (Alle
modellen behalve F3 Base)
Raadpleeg een Can-Am-dealer voor
bijstelling van de voorwielophanging.
Achterwielophanging
Model T
De luchtgeveerde achterophanging
staat voor algemeen gebruik onder
druk. Als de belasting op het voertuig
verandert (bv.
zwaardere lading) of als u liever een
zachtere of hardere instelling wenst,
kan de druk op de achterophanging
aan uw voorkeur worden aangepast.
MERK OP: De lucht in de luchtvering
kan na verloop van tijd afnemen. Gead-
viseerd wordt de luchtvering regelmatig
te controleren, zelfs als de belading niet
verandert.
De druk van de ophanging is afstelbaar
door de luchtvering met lucht bij te pom-
pen of af te laten. Gebruik een geregu-
leerde luchtcompressor of handpomp
en een drukmeter.
Om de ophanging zachter te maken
verlaagt u de luchtdruk en om de op-
hanging harder te maken verhoogt u
de luchtdruk.
MERK OP: De volgende kaart dient
enkel als richtlijn.
aanpassen aan uw voorkeur zolang
u de maximaal toegestane druk niet
overschrijdt.
MERK OP
Overschrijd de maximaal
toegestane druk niet. Dat kan de lucht-
vering beschadigen.
66
een extra passagier,
U kunt de druk
WAARSCHUWING
MINIMUMDRUK 70 kPa / 10 Psi / 0,7 bar
AANBEVOLEN DRUK NIET MET 70 KPA / 10 Psi / 0,7 bar OVERSCHRIJDEN
(PASSAGIER + LADING) kg
LADING
0
kg
70
105/15/1,05 240/35/2,40 380/55/3,80 415/60/4,15
90
205/30/2,05 345/50/3,45 415/60/4,15
115
275/40/2,75
415/60/4,15 480/70/4,80
704905966
MERK OP: Plaats bij het aanpassen
van de druk geen gewicht op het voer-
tuig en geen lading in het opbergvak.
De luchtvering is rechtstreeks verbon-
den met een luchtslang met een schra-
derventiel onder het zadel.
Ga om de luchtdruk te veranderen op
dezelfde manier te werk als bij het
regelen van de druk in een band.
Vergeet na afloop het beschermkapje
niet terug te plaatsen.
Limited-modellen
De achterophanging is gekalibreerd
voor algemeen rijden en is onderweg
zelfregelend
een
ingebouwde
de
geprogrammeerde
te
behouden
omstandigheden
lading op het voertuig (bv. een extra
passagier, zwaardere lading).
MERK OP: Het geluid van lucht die
wordt afgelaten of een werkende lucht-
compressor terwijl de motor draait is
normaal. Dat geeft aan dat de ophan-
ging zichzelf regelt.
45
70
90
kPa/Psi/bar
480/70/4,80
met
behulp
compressor
instelling
bij
wijzigende
op
de
weg
5966
115
515/75/5,15
van
om
of