8. Papier en inkt bijvullen
7.
Voer de verticale afmeting van het papier in met de cijfertoetsen en druk op [ ].
8.
Druk op [Horizontaal].
9.
Voer de horizontale afmeting van het papier in met de cijfertoetsen en druk op [ ].
10.
Druk twee keer op [OK].
11.
Druk rechtsboven in het scherm op [Gebruikersinstellingen] (
12.
Druk op [Home] (
De papiersoort opgeven met het bedieningspaneel
1.
Druk op [Home] (
2.
Veeg het scherm naar links en druk vervolgens op het pictogram [Gebruikerstools] ( ).
3.
Druk op [Instell. papierlade].
4.
Druk op [ Volg.].
5.
Druk op [Papiertype: Papierhandinvoer].
6.
Selecteer de juiste items aan de hand van het papiertype en de dikte die u wilt gebruiken.
7.
Druk op [OK].
8.
Druk rechtsboven in het scherm op [Gebruikersinstellingen] (
9.
Druk op [Home] (
162
) onderaan in het midden van het scherm.
) onderaan in het midden van het scherm.
) onderaan in het midden van het scherm.
).
).